Het was een bijzondere regeling voor kunstenaars, die wereldwijd de aandacht trok: de Beeldende Kunstenaars Regeling. Van 1956 tot 1987 mochten kunstenaars hun werk inleveren bij de gemeente in ruil voor een uitkering.
De regeling ging aan zijn eigen succes ten onder en werd in 1987 afgeschaft door toenmalig minister van cultuur Elco Brinkman.
Veel gemeenten blijken nog duizenden van die BKR-kunstwerken te bezitten. Vaak zijn ze ondergebracht in vochtige depots en op stoffige zolders. Vanavond in Nieuwsuur de uitkomst van een enquête naar het gemeentelijk bezit van BKR-kunst.
Nog altijd gaan de Indianenverhalen dat een enkeling de avond van tevoren wat verf op een doek spetterde en met de nog natte stukken onder de arm naar de commissie stapte om geld te krijgen. Waar of niet, feit is dat veel kunstenaars baat hadden bij de regeling, die hen een bestaan garandeerde.
Uitstekend werk
En ook dat veel uitstekend werk in belangrijke musea en gemeentelijke en rijkscollecties terechtkwam. Bekende namen als Karel Appel en Jan Sierhuis konden mede dankzij de regeling een naam opbouwen.
Een groot deel van de werken was minder makkelijk onder te brengen en de opslag werd niet altijd even zorgvuldig gedaan. Voor veel gemeenten geldt de BKR-collectie als een lastige erfenis van een vorig beleid.