De aanval in het Mediapark stelde de publieke omroep zwaar op de proef. De aanwezige journalisten van radio, televisie en internet moesten het NOS-gebouw verlaten. Ook alle technici stonden buiten. De politie kamde in twee uur alle ruimten van het NOS-gebouw en het aangrenzende Filmcentrum uit. Ondertussen werd geprobeerd de uitzending op te starten vanuit de studio in Den Haag. Dat lukte uiteindelijk om negen uur. Kon dit niet sneller?
Nieuwsuur spreekt met de directeur van NOS, Jan de Jong en NPO-bestuurder Henk Hagoort.
Eindregie
Cruciaal voor de uitzendingen is de eindregie, die net als de redacties in het NOS-gebouw is ondergebracht. “We zijn afhankelijk van de eindregie,:” zei NOS-directeur Jan de Jong vanmiddag. “Doordat de eindregie ook buiten in de sneeuw stond, verloren we veel tijd. Er moest een back-up opgestart worden.” Intussen waren facilitaire bedrijven begonnen met het leggen van verbindingen buiten de eindregie om tussen Hilversum en Den Haag. Deze verbindingen waren even voor negen uur gereed, maar het duurde enige tijd voor de leiding van de NPO toestemming gaf de verbinding te gebruiken.
Rampenzender
De tijd tussen de aanval en het begin van de uitzending op Nederland 1 wekte ontstemming bij minister Opstelten van Veiligheid en Justitie. Hij gaat "In alle scherpte kijken" wat er moet gebeuren als de NOS niet kan uitzenden. De NOS moet immers kunnen optreden als rampenzender. “Een zender op zwart, dat kan niet en mag niet,” zei Opstelten. Desnoods moeten RTL en de regionale zenders voor vervanging zorgen.