Filmproducente dood gevonden in nasleep #MeToo

De Amerikaanse filmproducente Jill Messick heeft zelfmoord gepleegd. Volgens haar familie had ze al jaren psychische problemen, maar speelde ook mee dat actrice Rose McGowan haar nalatigheid had verweten over McGowans #MeToo-beschuldigingen aan het adres van Harvey Weinstein.

Messick produceerde in de jaren 00 onder meer de films Frida en Mean Girls, maar was eerder actief als 'talentmanager' van onder anderen McGowan. Die kwam onlangs naar buiten met het verhaal dat ze in 1997 tijdens een filmfestival was verkracht door filmbons Weinstein.

Gebrek aan steun

In haar verklaring haalde McGowan ook uit naar haar manager Messick. Die zou haar destijds niet genoeg hebben gesteund. Bovendien nam McGowan het Messick kwalijk dat die een paar maanden na het incident bij Weinsteins productiebedrijf Miramax in dienst ging.

Tussen Weinstein en McGowan ontstond de afgelopen maanden een welles-nietesspel over de veronderstelde verkrachting, en Messicks naam bleef daarin opduiken. Zo publiceerde Weinsteins advocaat een e-mail van Messick die ontlastend voor de filmproducent zou zijn.

Onbedoelde schade

Haar nabestaanden zeggen nu in een persverklaring dat Messick het beu was om door verschillende partijen te worden gebruikt om hun gelijk te halen. "Om haar naam keer op keer in het nieuws te zien, dat was verschrikkelijk voor haar."

Ondanks de onwaarheden die volgens de familie in de media verschenen, koos de 50-jarige Messick ervoor om zich niet in het openbaar te verdedigen. Woensdag beroofde ze zich van het leven. Met een verwijzing naar de #MeToo-affaire schrijven de nabestaanden: "En zo werd ze onbedoelde schade in een verhaal dat al verschrikkelijk was."