Meer haring, minder tong voor Nederlandse vissers
Nederlandse vissers mogen volgend jaar meer haring, kabeljauw, tarbot en griet vangen. Voor tong en schol worden de quota juist verkleind. De Europese ministers van visserij en de Europese Commissie hebben daarover een akkoord bereikt.
De visstand in de Noordzee heeft zich de afgelopen jaren goed ontwikkeld, zegt het ministerie van Landbouw. Minister Schouten vindt het een evenwichtig akkoord: "Een goede balans tussen ecologie en economie, waarbij vissoorten die onder druk staan zich verder kunnen herstellen en waarbij vissers thuiskomen met verantwoorde vangsten."
Paling
Er zijn ook afspraken gemaakt over paling. Daarop mag tijdens de paaiperiode (een periode van drie maanden) niet worden gevist. Europa volgt daarmee de Nederlandse aanpak. Een totaalverbod op palingvisserij in kustwateren is daarmee van de baan, zegt het ministerie.
De Europese ministers zijn verder overeengekomen dat de vangst van baars volgend jaar met 60 procent wordt beperkt. Wat dit precies voor Nederland betekent, is nog niet bekend. Voor de recreatieve visserij geldt vanaf 1 januari dat alle zeebaars moet worden teruggezet in zee.
Noordzeequota voor 2018 (ten opzichte van 2017)
Vissoort | Quotum voor Nederland | |
tong | - 2,5 % | |
schol | -13 % | |
tarbot, griet | + 44 % | |
witje, tongschar | gelijk aan 2017 | |
kabeljauw | + 10 % | |
rog | + 20 % | |
haring | + 20 % | |
makreel | - 20 % | |
horsmakreel (Westelijke wateren) | + 21 % | |
grote zilvervis | + 20 % |
Bron: ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit