Kibbeling eten niet langer het hoogtepunt voor Telstar

Telstar maakte de afgelopen jaren vooral furore als cultclub in de Jupiler League. De prestaties waren een stuk minder dan de humor. Maar dit seizoen doet de club uit Velsen ineens mee om de prijzen.

Maandagavond versloeg Telstar zelfs koploper NEC in het eigen stadionnetje. De vierde plaats is het prachtige gevolg. En zo is de club die jarenlang onderin meehobbelde volop in de race voor de nacompetitie.

Ongezien

Mike Snoei is sinds deze zomer de trainer bij Telstar. De 53-jarige oefenmeester maakt handig gebruik van de contacten die hij heeft opgebouwd. "Jaap Stam belt me. En Regi Blinker. Ze bieden allemaal spelers aan."

"Als Stam belt en een speler aanbeveelt van Reading, dan neem ik 'm ongezien. 'Die jongen moet een seizoen alles spelen bij jullie', zei hij. Zo kwamen we aan Andrija Novakovich. Het is een genot om die jongen in de spits te zien spelen."

Kibbeling eten

Snoei had geen al te hoge verwachtingen toen hij aan de klus bij Telstar begon. "Zelfs Marcel Keizer kreeg het hier niet van de grond. Het hoogtepunt van de club was kibbeling eten op de middenstip. Nu draait het weer om voetbal."

Maar nu zijn het andere tijden. Vorig seizoen eindigde Telstar nog anoniem als zestiende. Maar anoniem is wat anders dan kleurloos. De club is zelfspot nooit uit de weg gegaan.

Zo werd vorig seizoen nog een voetbalreis aangeboden naar de laatste thuiswedstrijd door de reisorganisatie 1963 Telstar. In een paginagrote advertentie in Voetbal International werd een trip beloofd met slechte grappen, lauw bier en koude snacks. Een andere gimmick was het aantal toeschouwers bij thuiswedstrijden: dat waren er steevast 1963, het oprichtingsjaar van de club.

Reden voor jolijt is er dit seizoen des te meer. "Elke thuiswedstrijd moeten we twee uur 's nachts 300 man wegknuppelen", zegt voorzitter Pieter de Waard. "De kantine van Telstar wordt het gezelligste café van IJmuiden genoemd."

Nacompetitie

En zo lonkt na negen jaar eindelijk weer eens deelname aan de nacompetitie. Iets waar trainer Mike Snoei en technisch directeur Piet Buter ook op hadden ingezet voor het seizoen. "En dan is het prachtig dat die mannen dat ook voor elkaar krijgen", zegt De Waard.

Heel voorzichtig klinkt het woord eredivisie, Telstar speelde voor het laatst in 1978 op het hoogste niveau. "Maar we blijven met beide benen op de grond hoor", vertelt De Waard. "Het zou wel prachtig zijn, de club van twintig letters terug in de eredivisie: Telstarrrrrrrrrrrrrr!!!!