'Alle jongeren zes maanden maatschappelijk actief'

Alle jongeren moeten zich tussen hun 18e en 28e jaar zes maanden maatschappelijk inzetten. Daarvoor pleit ChristenUnie-leider Segers. Het voorstel staat in zijn politieke boek Hoop voor een verdeeld land, dat hij vandaag presenteert.

Met het herinvoeren van een korte, maatschappelijke dienstplicht wil de ChristenUnie bereiken dat mensen uit verschillende delen van de samenleving weer meer met elkaar in contact komen. Segers denkt dat zo de verdeeldheid tussen kansarm en kansrijk, gelovigen en niet-gelovigen, en ouderen en jongeren kan verminderen.

Segers in het NOS Radio 1 Journaal: "Er zijn nu bijna geen plaatsen meer waar mensen nog andere mensen tegen komen die heel anders zijn dan zijzelf. Veel jongeren zijn gericht op zichzelf, hun eigen studie en loopbaan. Daardoor komen ze nauwelijks meer in contact met mensen met andere achtergronden."

Breuklijnen

Segers reisde door Nederland, interviewde mensen en maakte foto's van de 'breuklijnen'.

"Ik dacht eerst ook, we leven in een mooi land. Maar er is verdeeldheid en te veel mensen denken dat hun stem er niet meer toe doet; ze wantrouwen de overheid. We moeten daar iets aan doen."

De ChristenUnie is niet de eerste partij die voor een maatschappelijke dienstplicht pleit. Eerder deed het CDA dat ook al.

In 2011 werd een verplichte maatschappelijke stage ingevoerd voor scholieren die in 2014 weer werd afgeschaft. Het bleek niet overal te organiseren en het kabinet wilde van het verplichte karakter af. Maar volgens Segers is de maatschappelijke stage niet ten onder gegaan aan "plekkengebrek".

"Het gebrek aan vrijwilligers op veel plekken moet zwaarder wegen. Deze samenleving schreeuwt om jongeren die zich ergens inzetten. Ouderen die dolgraag wat gezelschap willen van jongeren, buurtverenigingen die vrijwilligers zoeken. Het is voor jongeren niet alleen een investering in de samenleving, maar ook in zichzelf".

Segers pleit ervoor dat de invoering van de maatschappelijke dienstplicht samengaat met de afschaffing van het leenstelsel.