Nederlandse F-16's naar Irak
Nederland gaat militair meedoen aan de internationale strijd tegen Islamitische Staat. Het kabinet gaat zes F-16's inzetten die beschikbaar zijn voor luchtaanvallen op IS in Irak. De missie zal zes tot twaalf maanden duren. Morgen vertrekken de eerste militairen en volgens minister Hennis van Defensie kan het team over een week al operationeel zijn.
Om de inzet van de straaljagers mogelijk te maken worden zo'n 250 mensen meegestuurd. Ook worden er twee reserve-F-16's meegezonden. Verder wil het kabinet 130 mensen inzetten die zich bezig gaan houden met trainingen aan Iraakse en Koerdische militairen. Die groep bestaat naast trainers ook uit ondersteunend personeel en beveiligers. De Nederlandse bijdrage gaat ongeveer 150 miljoen euro kosten.
In Syrië zal Nederland alleen humanitaire en diplomatieke steun bieden bij de strijd tegen IS.
Artikel 100-brief
Het kabinet hield een extra vergadering om een zogenoemde artikel 100-brief (.pdf) voor te bereiden. Dat is een brief waarmee het kabinet het parlement inlicht over deelname aan militaire missies. Premier Rutte en minister Timmermans waren er niet bij; zij zijn bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York.
Premier Rutte liet eerder al weten dat Nederland wil meedoen aan de strijd tegen IS, maar liet open hoe precies. Binnen de coalitie was er discussie over de vraag of voor ingrijpen in Syrië een volkenrechtelijk mandaat nodig is. De PvdA vindt dat principieel wel, terwijl de VVD daar minder aan hecht.
De discussie is niet meer aan de orde, nu het kabinet er niet voor kiest militaire acties in Syrië uit te voeren. Meedoen aan de strijd in Irak was niet omstreden, omdat de Iraakse regering dat steunt.