Klassieker van lenzen en 13 goals
Vijftig jaar geleden vond in De Kuip een van de opmerkelijkste edities plaats van de klassieker. Feyenoord boekte de grootste zege op Ajax uit de geschiedenis: 9-4. Na afloop werd er vooral gesproken over Hans Venneker, die vijf keer scoorde, en de contactlenzen van Ajax-keeper Bertus Hoogerman.
Voor Johan Cruijff was het de eerste klassieker uit zijn nog prille carrière. In de krantenverslagen werd het 17-jarige Ajax-talent echter nergens genoemd. De jonge Cruijff kwam er niet aan te pas en werd overvleugeld door de 19-jarige Feyenoorder Hans Venneker.
Venneker was in de jeugd van Feyenoord nog keeper, maar bleek toch beter uit de voeten te kunnen als aanvaller. Op 29 november 1964 mocht hij zijn opwachting maken tegen Ajax als vervanger van de geblesseerde rechtsbuiten Gerard 'Pummy' Bergholtz.
Slachtpartij
"Ik herinner me nog dat ik bijzonder goed op dreef was", zei Venneker in gesprek met NRC, dertig jaar na de legendarische wedstrijd. "Liefst vijf keer trof ik de roos in die ontmoeting. Hoe ze erin gingen, kan ik me absoluut niet meer herinneren."
Bij rust stond er tot ongeloof van de 63.325 toeschouwers in De Kuip al een 5-2 voorsprong voor Feyenoord op het bord. Venneker maakte een hattrick, Piet Kruiver scoorde en Henk Groot benutte een penalty na een overtreding op Coen Moulijn.
Een pikante treffer, want Groot was een seizoen eerder overgekomen van Ajax. Ook in de jaren zestig was dat al een opmerkelijke transfer. Later zei Groot over de 9-4 uit '64: "Het werd een regelrechte slachtpartij. Ik durfde amper nog te juichen. Alsof je in je eigen vlees snijdt." Het seizoen daarop keerde Groot terug naar Amsterdam.
Bescheiden carrière
In de tweede helft ging het doelpuntenfestijn onverdroten verder. Venneker maakte nog twee goals, net als Frans Bouwmeester, waardoor Feyenoord het negental volmaakte. Voor Ajax scoorden die middag Siem Tijm (twee keer), Sjaak Swart en Klaas Nuninga. Cruijff bleef onzichtbaar in De Kuip.
Maar waar Cruijff in de jaren daarna op weg ging naar de wereldtop, verliep de carrière van Venneker aanmerkelijk bescheidener. In 1967 verhuisde hij naar NEC, waarna hij ook nog voor Sparta en het Franse AS Clermont-Ferrand uitkwam.
Venneker speelde nog wel vier interlands. Later opende hij een sportzaak in Hellevoetsluis, deed hij mee aan de Mini-voetbalshow van de NRCV in 1980 en was hij korte tijd trainer in Saudi-Arabië.
Contactlenzen
De toeschouwers in De Kuip gingen na de monsterzege op de Amsterdammers dolgelukkig naar huis. Onder de teleurgestelde Ajacieden was er één man die helemaal niet te benijden was: de negen keer gepasseerde doelman Bertus Hoogerman. Over hem gaat sindsdien het verhaal dat hij die dag niet zijn eigen contactlenzen in had.
Ploeggenoot Sjaak Swart verklaarde na afloop van de wedstrijd: "Bertus had vandaag de contactlenzen van zijn schoonmoeder in." Het ging om een grap van de jolige Swart, maar het verhaal ging in de loop der jaren een eigen leven leiden. Hoogerman kreeg tijdens het duel wel degelijk last van zijn lenzen, maar die waren niet van zijn schoonmoeder. "Dat is een leuk verhaal natuurlijk", zei Henk Groot later. "Maar ik geloof niet dat het helemaal op waarheid berust."
Bovendien kon Hoogerman aan de meeste doelpunten niet veel doen. Alleen bij de 5-2, een slappe kopbal van Venneker die hij in eigen doel tikte, ging de Ajax-keeper opzichtig in de fout. Veel andere Feyenoord-goals waren vooral te wijten aan slecht verdedigen, met name door de toen 19-jarige Wim Suurbier en Günther de Haan.
Door een hel
Toch hield Ajax-trainer Vic Buckingham de keeper verantwoordelijk voor de afstraffing. Hoogerman moest de volgende zes duels toekijken. "Zes weken werd er niet met me gesproken", vertelde Hoogerman later. "Alsof ik de enige was die gefaald had. Nou, dan ga je door een hel."