NOS SportAangepast

Een grote meneer in Maagdenburg

Het eerste uitstapje naar Duitsland, in 2001, mislukte nog door heimwee. Maar inmiddels is Fabian van Olphen niet meer weg te denken uit de Duitse handbalcompetitie. Via Lübbecke, waar de oud-speler van Quintus drie jaar actief was, kwam hij in 2006 terecht bij SC Magdeburg.

Daar, in de voormalige DDR, is zijn populariteit in de loop van de afgelopen negen jaar tot grote hoogten gestegen. Iedereen rond de club is vol lof over de Kapitän van de ploeg, die in de Bundesliga in de subtop meedraait. Vooral zijn tomeloze inzet wordt geroemd.

"Natuurlijk, die erkenning geeft een goed gevoel", geeft de 33-jarige Hagenaar grif toe. "Maar daar heb ik ook hard voor gewerkt. Als ik de instelling niet had gehad om zo hard te trainen en zo veel tijd in mijn hobby te steken, was ik niet zo ver gekomen. Voor Nederlandse begrippen heb ik een hele hoop talent, maar voor Duitse begrippen absoluut niet."

Geen flauw benul

Want bij onze oosterburen staat het handbal op een hoog plan. "Na voetbal is het toch sport nummer twee hier, samen met ijshockey en basketbal. Het leeft heel erg. Dat merk je ook aan het aantal live-wedstrijden op tv. Ik heb het idee dat de mensen in Nederland geen flauw benul hebben wat hier speelt."

Aan de andere kant heeft Van Olphen, die in Duitsland zijn wedstrijden afwerkt voor vijf- tot zevenduizend toeschouwers, ook geen goed beeld meer van het handbal in zijn vaderland. "Ik ben heel graag bij mijn familie en in Den Haag. Maar dat is de enige binding die ik nog met Nederland heb. Ik volg het Nederlandse handbal eigenlijk niet, en het Nederlandse voetbal ook niet. Maar Den Haag blijft mijn stad. Misschien keer ik daar ooit terug."

Een comeback in Oranje gloort heel in de verte ook. In tien jaar werkte hij 75 interlands af om op zijn 28ste de nationale ploeg vaarwel te zeggen. "Ik had destijds veel last van mijn rug, een lichte hernia. Daar sukkel ik nog steeds een beetje mee, al heb ik het goed onder controle."

Keuzes

"In 2008 ben ik vader geworden van twee kinderen en in 2009 ben ik getrouwd. Op een gegeven moment ga je nadenken over je toekomst. Ik heb tien jaar voor het Nederlands team gespeeld, maar we hebben eigenlijk nooit echt iets bereikt. En dan ga je keuzes maken. Ik heb gekozen voor mijn eigen lichaam en voor mijn familie en het Nederlands team op een laag pitje gezet."

Het gebrek aan succes met Oranje speelde ook een rol. "Als je er elke keer op een EK en WK bij bent, heb je nog een reden om je lichaam die hoge belasting aan te doen. Maar wij haalden het steeds net niet. En toen heb ik er voorlopig een streep onder gezet. Maar ik heb de deur nooit dicht gedaan, ik heb nooit definitief gezegd dat ik stop." Misschien moet bondscoach Joop Fiege er toch eens een belletje aan wagen...

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl