NOS SportAangepast

Nederland bezig aan uniek sportjaar

Nederland lijkt bezig aan zijn beste sportjaar uit de geschiedenis. Het Wilhelmus klonk al 23 keer op wereldkampioenschappen en Olympische Spelen. Alleen in 2008 was er vaker goud (24), maar het jaar is nog lang niet voorbij.

Nu al kan het sportdatabedrijf Infostrada Sports zeggen dat het een uniek jaar is. "Nederland haalt door de jaren heen gemiddeld 2% van alle beschikbare gouden medailles op WK's en Olympische Spelen", legt hoofd analyse Simon Gleave uit. "In 2014 is dat tot nu toe 6,46%."

En dan telt het bedrijf de Europese kampioenschappen nog niet eens mee. Dat zou een verkeerd beeld kunnen geven ten opzichte van andere landen buiten Europa. Ook de laatste twee wereldtitels, die van motorcoureur Michael van der Mark in de SuperSport en die van de menners op de Wereldruiterspelen, zijn nog niet eens opgenomen in de berekeningen. Ondanks dat houdt Nederland grote landen als bijvoorbeeld China voorlopig achter zich in het landenklassement.

Vijfde in landenklassement

"Nederland staat vijfde achter Rusland, Duitsland, Groot-Brittannië en de VS, maar vóór grotere landen zoals Frankrijk, Canada en zelfs China. Er bestaat een kans dat het percentage nog wel een beetje zakt voor het einde van dit jaar", waarschuwt Gleave. Er komen nog enkele wereldkampioenschappen aan waarin Nederland geen kans heeft op succes, zoals bijvoorbeeld worstelen en gewichtheffen. Maar dat zal de conclusie niet veranderen. "Vóór 2014 is 2000 het beste jaar voor Nederland met 3,65% van alle gouden medailles op WK's en Olympische Spelen."

Bijna éénderde van het totaal werd geoogst op de Olympische Spelen in Sotsji, waar de Oranje-equipe acht keer goud won. Om aan te geven dat het succes in Rusland de cijfers enigszins vertroebelt, werd ook een berekening gemaakt van het aantal podiumplaatsen op mondiale toernooien in 2014. Dus ook de zilveren en bronzen medailles werden berekend. "Net als bij de gouden medailles is er een grote sprong dit jaar. Bijna een verdubbeling van het percentage, tot 5,15%, het beste ooit. Of dit een trend is en Nederland op een hoger niveau zet voor de langere termijn, moeten we komende jaren afwachten."

Elf takken van sport

Bij het NOC*NSF gaat nog niet direct de vlag uit bij het horen van de cijfers. "Elk resultaat moet je vieren. En het is mooi om te zien dat het in heel veel sporten gebeurt. Het aantal sporten waarin Nederland om de medailles strijdt, is toegenomen", constateert technisch directeur Maurits Hendriks.

In elf verschillende (takken van) sporten was een Nederlander de beste in 2014. En dan komen de WK wielrennen en de WK turnen er nog aan, met mogelijk succes van Marianne Vos en Epke Zonderland.

"Maar wat ik het allerbelangrijkste vind, is dat we inzetten op het voldoende ondersteunen van sporten. Een aantal sporten zie je erbij komen die richting podium gaan of op het podium komen. Dat willen we ook graag verder ontwikkelen."

Geen hosanna-stemming

Richting de Olympische Spelen in Rio is er nog geen hosanna-stemming bij Hendriks. "Prestaties van dit jaar, daarvan kan je echt niet zeggen dat het ook de medailles van over twee jaar zijn." Kortom: er is werk aan de winkel om de prestaties op dat niveau te houden. Hendriks presenteerde met het oog op Rio een nieuwe kwalificatieprocedure. Termen als 'nominaties' en 'vormbehoud' zijn niet meer aan de orde. "Een knelpunt was dat sporters vormbehoud moesten tonen. Dat hebben we afgeschaft, omdat het de voorbereiding van sporters alleen maar in de weg zat."

Daar staat tegenover dat het budget van het NOC*NSF is afgenomen. "We hebben minder geld te besteden. Zo'n tien procent minder." In vergelijking met de Londen-cyclus heeft de sportkoepel richting Rio jaarlijks circa 35 miljoen euro te besteden, zo'n vier miljoen euro minder. En het potje 'onverwachts, incidenteel succes' telt niet langer vijf à zes miljoen euro, maar nog slechts één miljoen euro.

    Deel artikel:

    Advertentie via Ster.nl