Dubbeldam: alles is mogelijk

"Superblij" was Jeroen Dubbeldam nadat hij zich met zijn paard Zenith met twee foutloze omlopen tot de beste vier combinaties van de Wereldruiterspelen in Normandië mag rekenen. "Dit is een teamprestatie. Ik kwam van de twaalfde plek, dus ik wist dat ik dubbel nul moest rijden. Daarna was het wachten op foutjes van anderen. Alle puzzelstukjes vielen in elkaar".

Zondag strijdt Dubbeldam in de zogeheten Final Four met de Fransman Patrice Delaveau (Orient Express), de Amerikaanse Beezie Madden (Cortes C) en de Zweed Rolf-Göran Bengtsson (Casall Ask) om de wereldtitel. Alle ruiters zullen één keer op het paard van de opponenten het parcours afleggen.

"Dat is heel speciaal natuurlijk", aldus Dubbeldam. "Voorbereiden kan eigenlijk niet, maar ik zie die andere paarden elke week springen, dus ik ken ze heel goed. Veel tijd om te wennen, is er niet. Ik hoop dat ik er goed genoeg in ben, alles is mogelijk."

Eremetaal op WK uniek

Jeroen Dubbeldam werd al eens olympisch kampioen (Sydney 2000) met De Sjiem. Deze week werd hij wereldkampioen met de Nederlandse landenploeg, een herhaling van de prestatie met zijn paard Up and Down bij de Wereldruiterspelen in 2006 in het Duitse Aken.

Zondag maakt Dubbeldam kans op een primeur bij de Wereldruiterspelen. Nog nooit werd het rood-wit-blauw geheven voor een individuele springruiter bij de wereldkampioenschappen.

Toch zijn twee Nederlandse springruiters al eens wereldkampioen geworden, maar dat deden ze allebei voor een ander land. In 2006 ging het goud naar de voor België rijdende Jos Lansink, in 1994 was Franke Sloothaak namens Duitsland de beste. Sloothaak, geboren in Heerenveen, pakte de titel nota bene in Den Haag.