Dumoulin: Tony was ongelofelijk
Tom Dumoulin en Steven Kruijswijk reden een groot deel van de negende Tour-etappe in de achtervolging op Tony Martin en Alessandro De Marchi. De Italiaan werd uiteindelijk ingerekend, maar de Duitse tijdritspecialist zagen ze pas weer terug na de finish. "Tony was ongelofelijk", erkende Dumoulin.
Martin reed op de zwaarste col van de etappe weg bij De Marchi en bouwde daarna in zijn eentje de voorsprong op de groep achtervolgers, die aanvankelijk uit 28 renners bestond, verder uit. "Veel respect voor Tony", reageerde Kruijswijk. "In je eentje met drie minuten voorsprong op een grote groep winnen, is vrij indrukwekkend."
Op een gegeven moment leek de groep de twee vroege ontsnappers in te halen. "We waren dichtbij. Europcar leek het dicht te rijden, maar dat gebeurde niet", aldus Kruijswijk.
Tempo
Europcar kreeg met vijf renners de verantwoordelijkheid voor de achtervolging, maar slaagde er dus niet in Martin te achterhalen. "Die Fransen van Europcar hebben niet zo door hoe ze op het vlakke tempo moeten maken, zeker achter zo'n buffel", baalde Dumoulin.
De grootte van de groep werkte ook in het voordeel van de koplopers. "De groep was te groot, iedereen kijkt dan naar elkaar. Europcar had er de kracht niet voor en het was ook niet aan eenlingen als mij of Cancellara", vond Dumoulin. De Zwitser Fabian Cancellara won op de streep nog wel de sprint om de tweede plaats.