"Ik wilde me niet meer schamen"
Bart Voskamp schaamde zich voor zijn dopingverleden. Dat is de reden waarom hij in de documentaire van Andere Tijden Sport heeft bekend doping te hebben gebruikt. "Ik was bang voor de hoon," bekende hij in Radio Brasil.
Jeroen Blijlevens en Bart Voskamp geven in 'De Wetten van Priem' toe dat zij epo hebben gebruikt. Op 4 maart 1998 werd in Reims een vrachtwagen van TVM, die uit het Spaanse Murcia kwam, aangehouden met 104 ampullen epo. Ploegleider Cees Priem, verzorger Jan Moors en ploegarts Andrej Michailov werden enkele weken achter de tralies gezet.
Flapdrol
"Ik zit er al best wel lang mee. Vrienden en kennissen hebben altijd geweten hoe het wielrennen in elkaar heeft gestoken. Maar naar buiten heeft de leugen stand gehouden, omdat je weet dat je er niet over hoort te praten. Dat stop je heel diep weg en dat is eigenlijk heel lang gelukt."
De makers van Andere Tijdens Sport benaderden Voskamp toen het idee voor 'De Wetten van Cees Priem' was ontstaan. "Ze vroegen of ik mee wilde werken. Dan weet je meteen dat het over '98 gaat en ga je meteen denken: 'daar wil ik niet aan meedoen'."
Toch besloot Voskamp zijn verhaal naar buiten te brengen. "Je leert te liegen, maar dat voelt niet goed. Ik dacht: 'Ik ben nu zo lang gestopt. Wat voor flapdrol ben je? Spreek de waarheid'. Dat moment was nu. Uiteindelijk moet mij dat toch een beetje gaan opluchten."
Kort door de bocht
Voskamp heeft vanaf 1996 een aantal jaren regelmatig doping gebruikt. De stelling dat Priem en Moors mede door zijn toedoen in de cel hebben gezeten, vindt Voskamp te kort door de bocht. "Dat is wel heel indirect. Ik ben onderdeel van het groter geheel, dit is mijn puzzelstukje. Dat wil ik inleggen. Ik wil mijn verantwoordelijkheid nemen, niet die van een ander."
Watjes
Het was een vreselijke tijd om in die jaren wielrenner te zijn, volgens Voskamp. "Ik wilde geen doping gebruiken. Het is tegen je principe en toch doe je het. Je wist wat er gebeurde. Nederlanders zijn watjes, werd er gezegd. Dat gaat pijn doen, want je weet dat het niet eerlijk gaat."
"Na een lange periode denk je: ik ga het ook doen. Ik laat me mijn passie niet afnemen. Het is zo'n zwarte vlek. Ik had zo graag wielrenner willen zijn in deze tijd. Door wat wij hebben meegemaakt is de sport nu schoner. Er is een open discussie. Ik hoop voor de jonge garde dat ze niet worden lastiggevallen met mijn shit."