Het mbo wordt ingrijpend hervormd
Het middelbaar beroepsonderwijs wordt ingrijpend hervormd. Het mbo moet innovatiever, kleinschaliger en regionaler worden, schrijft minister Bussemaker aan de Tweede Kamer. De minister trekt 250 miljoen euro uit voor de veranderingen. Ook wordt er 100 miljoen euro vrijgemaakt voor een regionaal investeringsfonds.
Volgens de minister moet het beroepsonderwijs jongeren voldoende vakkennis meegeven, maar moeten de jongeren ook goed worden voorbereid op de vraag naar praktische vaardigheden. "Onze economie is voor een groot deel afhankelijk van kundige vakmensen. Zonder het mbo staat de wereld stil. Het leren van een vak is iets om trots op te zijn. Dat moet aantrekkelijker en zichtbaarder worden", aldus Bussemaker.
Bedrijfsleven
Kortere en intensievere opleidingen moeten scholieren meer uitdagen en beter voorbereiden op de regionale arbeidsmarkt, schrijft de minister.
Ze stelt extra geld beschikbaar om samen te werken met bedrijven. Ook krijgen scholen meer ruimte om de opleidingen samen met bedrijven vorm te geven.
Nieuwe namen
Mbo-scholen kampen met een imagoprobleem. Om dat tegen te gaan wil de minister de opleidingsniveaus binnen het middelbaar beroepsonderwijs een andere naam geven. In een interview met de Volkskrant zegt Bussemaker dat alleen niveau 4, dat ook toegang biedt tot het hbo, de noemer 'middelbaar beroepsonderwijs' behoudt.
Niveau 1 wordt komend studiejaar omgedoopt tot 'entreeopleiding', voor jongeren vanaf 15 jaar zonder afgeronde vooropleiding. Bussemaker stelt voor om Niveau 2 en 3 te veranderen in 'middelbaar vakonderwijs'.
MBO Raad
Volgens de minister gaan nu te veel goede vakmensen verloren voor de arbeidsmarkt, omdat praktisch ingestelde jongeren het beroepsonderwijs links laten liggen. "Dat moet echt anders."
De MBO Raad reageert positief, maar zegt wel dat goed moet worden nagedacht over de nieuwe 'merkbeleving', "omdat je dat maar één keer kunt doorvoeren."