Aanpak risicojongeren stelt teleur

Nog steeds zijn Marokkaans-Nederlandse en Antilliaans-Nederlandse jongeren vaker crimineel dan hun leeftijdsgenoten uit andere bevolkingsgroepen. Ook verlaten zij nog steeds vaker zonder diploma hun school en zijn zij vaker werkloos.

Dat blijkt uit de allerlaatste evaluatie van de aanpak risicojongeren in de 21 zogenoemde Marokkanengemeenten en 22 Antillianengemeenten.

teleurstellend

Vanaf 2009 is er in deze gemeenten, waar relatief veel Marokkanen en Antillianen wonen, speciale aandacht geweest voor probleemjongeren. Minister Asscher laat aan de Tweede Kamer weten dat de resultaten teleurstellend zijn.

Deze gemeenten kregen 5 jaar lang extra geld van het rijk om de problemen met Marokkaans Nederlandse jongeren te verminderen. Daarbij was er speciale aandacht voor voortijdig schoolverlaten, werkloosheid en criminaliteit onder deze groep jongeren tussen de 12 en 24 jaar.

Met het geld werden onder meer gezinscoaches en straatcoaches gefinancierd.

Gevechtstrainingen

Al snel na de invoering van dit doelgroepenbeleid ontstond discussie. Gemeenten voelden er niets voor om zich vast te leggen op resultaat.

Bovendien ontstond er in de landelijke politiek weerstand tegen een speciale aanpak of het "pamperen" van Marokkaanse jongeren. Ook werden er allerlei projecten opgetuigd waarvan de zin werd betwist, zoals bijvoorbeeld gevechtstrainingen. In 2012 stopte de subsidie voor de speciale aanpak.

Vandaag verschijnt de laatste monitor die is gedaan in de zogemaande Marokkanen en Antillianengemeenten. De aanpak van risico- jongeren is algemeen geworden en er wordt niet meer op etniciteit geregistreerd.

Aandeel verdachten

Het is dus voor het laatst dat zo concreet zichtbaar wordt hoe het met de oververtegenwoordiging van deze Marokkaans Nederlandse jongeren gaat in de 21 gemeenten. De laatste peildatum is 1 januari 2013.

Minister Asscher van Sociale Zaken noemt het in zijn brief aan de kamer hoopgevend dat het aandeel verdachten in beide bevolkingsgroepen afneemt. Deze trend is bij jongeren van Marokkaanse komaf iets beter zichtbaar dan bij Antilliaanse jongeren.

Maar de oververtegenwoordiging blijft even hoog of neemt zelfs iets toe omdat ook bij andere bevolkingsgroepen een daling is te zien.

Perspectief

Asscher hoopt het tij te keren door samen met het ministerie van Veiligheid en Justitie rolmodellen in te zetten om crimineel gedrag bij jongeren te voorkomen.

Ook heeft hij veel vertrouwen in de top 600 lijst in Amsterdam waarmee criminele jongeren hard worden aangepakt maar ook een perspectief wordt geboden.

Asscher kiest er niet voor de speciale aandacht voor Marokkanen en Antillianen voort te zetten. Wel verwacht hij via de jaarrapportages integratie zicht te houden op hoe de positie van deze risico-jongeren zich verder ontwikkelt.