Denen niet bang voor Poetin
De oliecrisis in de jaren 70 raakte Denemarken hard: de thermostaat moest omlaag, auto's konden niet meer rijden. Het land was bijna volledig afhankelijk van olie en gas uit het buitenland.
Om dat nooit meer mee te hoeven maken, was er maar één oplossing. De Denen besloten helemaal onafhankelijk te worden van energie uit het buitenland. Dat is ze inmiddels gelukt.
Windmolens en zonnepanelen
Denemarken investeerde de afgelopen 40 jaar miljarden euro's in het aanleggen van stadsverwarming. Voordeel daarvan is dat de warmte die wordt opgewekt bij de elektriciteitsproductie ook wordt gebruikt voor het verwarmen van huizen en als warm water uit de kraan.
Daarnaast werden er overal in Denemarken windmolenparken gebouwd en werd de aanleg van zonnecellen gestimuleerd.
De Deense minister van Energie Rasmus Helveg Petersen is blij dat zijn land de keuze heeft gemaakt: "We hebben onze zaakjes helemaal op orde. We hebben niets te maken met het politieke spel dat nu gespeeld wordt en zijn niet meer afhankelijk van onbetrouwbare buitenlandse regimes".
Nederland
Nederland heeft ook de ambitie om de economie te vergroenen en minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. In het energieakkoord is afgesproken dat er veel meer windmolens worden gebouwd. Maar de financiering van die plannen moet nog rondkomen en de bouw van de molens zal daarna nog jaren duren.
Nederland zal de achterstand op Denemarken de komende jaren dus nog niet inhalen en daarmee blijven we wel afhankelijk van buitenlandse energie, zoals het Russische gas.
Morgen praten politici uit de EU, Rusland en Oekraïne in Warschau over de Russische gasleveringen. Hoe die discussie ook afloopt, voor de Denen zal het weinig gevolgen hebben.