Madrid: voetbalhoofdstad Europa
Op een gewone dag is aan de buitenkant niet direct te zien dat Madrid deze weken de voetbalhoofdstad van Europa is. Maar praat je met de Madrilenen, dan is het gespreksonderwerp al snel: voetbal, en vooral het succes van Atlético.
Volgens correspondent Jessica van Spengen zijn de Madrilenen erg trots: "Vooral omdat het succes van Atlético zo verrassend is. De Atléticofans hopen op een Spaanse Champions Leaguefinale; Atlético tegen Real Madrid."
De eerste stap voor die droomfinale kan deze week worden gezet. In eigen huis, in de stadions van Madrid. Dinsdag speelt Atlético tegen Chelsea, woensdag is het de beurt aan Real tegen Bayern München. De fans vrezen vooral voor de laatste wedstrijd: "Bayern wordt gezien als een lastige club om tegen te spelen."
En de statistieken geven de fans gelijk. Titelhouder Bayern ontmoette negenvoudig kampioen Real vijf keer eerder in de halve finales van de Champions League of de Europa Cup I. Vier keer baanden de Duitsers zich ten koste van de Koninklijke een weg naar de finale. De laatste keer was in 2012, toen Bayern via strafschoppen verder ging.
Alles lukt
Chelsea, toch de Champions Leaguewinnaar van 2012, wordt iets minder gevreesd. Het zelfvertrouwen van de Atléticofans is groot. Alles lijkt het team te lukken op dit moment.
Vrijdag kwam Atlético opnieuw een stap dichter bij zijn eerste Spaanse titel sinds 1996. De ploeg van coach Diego Simeone won van Elche CF: 2-0. Met nog vier wedstrijden te gaan heeft Atlético de titelkansen volledig in eigen hand.
De rivaliteit tussen beide Madrileense clubs is groot, maar het blijft een sportieve rivaliteit. Van Spengen: "Je hebt ook veel gemengde families. Waarbij de één voor Atlético is en de ander voor Real. Real wordt door Atléticofans toch gezien als de grote broer. Je wilt altijd winnen van je grote broer, maar het is geen vervelende rivaliteit. Real heeft ook een veel hoger budget en een voor mensen buiten Madrid enorme uitstraling. Atlético is toch meer de arbeidersclub."
Hartstochtelijk
De fans leven hartstochtelijk mee, maar anders dan in Nederland is de voetballiefde pas een paar uur voor de wedstrijd echt te merken. "Als je naar een wedstrijd gaat, zit iedereen in een clubshirt in de metro. Maar het is niet zo dat mensen bijvoorbeeld grote vlaggen uit hun ramen hangen zoals je in andere landen weleens ziet", vertelt van Spengen.
Ze vervolgt: "Maar zit je tijdens een wedstrijd in de taxi dan schalt het wedstrijdverslag uit de speakers. En praat je met mensen, dan weet je meteen, die is voor Real, en die is voor Atlético."