Gijsen: hoe oordeelt de commissie?

Bij de klachtencommissie die het seksueel misbruik binnen de Rooms-Katholieke Kerk onderzoekt, zijn nu 600 unieke daders bekend. Dat heeft voorzitter Stevens van de commissie verklaard tegen de NOS, na afloop van een optreden bij Nieuwsuur.

De commissie heeft de afgelopen jaren 1500 zaken in behandeling genomen. Daarvan zijn er 1200 afgehandeld. Stevens zegt dat het aantal daders dus nog kan oplopen.

Gijsen

Een van de bekendste zaken die door de commissie zijn behandeld, is die van oud-bisschop Jo Gijsen. Gisteren werd bekend dat klachten over de betasting van twee minderjarige jongens gegrond zijn verklaard.

De betastingen vonden plaats tussen 1958 en 1961, toen Gijsen nog als leraar werkte op een kleinseminarie in Kerkrade. Eén van de klagers zei dat Gijsen hem ook had verkracht, maar die klacht verklaarde de commissie ongegrond.

"We houden bij de beoordeling rekening met drie zaken", zegt voorzitter Wiel Stevens. "Allereerst beoordelen we de feiten, zoals plaats en tijd. Vervolgens kijken we naar patronen. Zijn er over deze beklaagde soortgelijke beschuldigingen binnengekomen?"

Patronen

In de zaak-Gijsen maakten patronen de klacht over betasting aannemelijk. Beide aanklagers verklaarden dat Gijsen aan hun geslachtsdelen had gezeten. Omdat verkrachting in één verklaring werd genoemd en daar dus geen sprake is van een patroon, is die klacht ongegrond verklaard.

Ook is het volgens Stevens van belang of een slachtoffer nu voor het eerst met zijn verhaal naar buiten treedt, of dat er bijvoorbeeld verklaringen van psychotherapeuten op te vragen zijn. Als dat niet het geval is, is het voor de commissie zo goed als onmogelijk om de klacht gegrond te verklaren, aldus Stevens.

Herziening

Wel kan de klacht opnieuw beoordeeld worden als er later nieuw bewijs opduikt. Dat kan gebeuren als over dezelfde beschuldigde meer klachten binnenkomen.

Misbruikzaken kunnen nog tot 1 juli worden aangemeld bij de Klachtencommissie.