Extreem lage opkomst verwacht
De opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen wordt morgen waarschijnlijk lager dan ooit. In een onderzoek van Ipsos in opdracht van de NOS zegt slechts 43 procent van de ondervraagden te gaan stemmen.
In 2010 kwam de opkomst uit op 54 procent. Dat was al het laagste percentage ooit. Na de afschaffing van de stemplicht in 1970 schommelde de opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen rond de 70 procent, tot zich in 1990 een dalende trend inzette.
De belangrijkste reden om niet te stemmen, is desinteresse. Een klein deel van de niet-stemmers heeft wel belangstelling voor de landelijke politiek, maar niet voor de lokale politiek.
Voldoende
Onvrede met de politiek lijkt slechts een beperkte rol te spelen. De Nederlanders geven hun gemeentebestuur net als vier jaar geleden gemiddeld een voldoende, een 6,1. Daarmee waarderen ze hun lokale bestuur aanzienlijk beter dan het kabinet, dat van de ondervraagden een 5,0 krijgt.
Uit het onderzoek blijkt verder dat de lokale partijen waarschijnlijk net als vorige keer de grote winnaars worden. Ongeveer 30 procent is van plan op een lokale partij te stemmen. In 2010 kwamen de lokale partijen uit op een kwart.
Belangrijk
De meeste kiezers zeggen dat de landelijke politiek bij hun stemkeuze geen grote rol speelt. Voor 60 procent zijn overwegingen op het gebied van de lokale politiek doorslaggevend. Voor een kwart tellen de lokale en de landelijke politiek even zwaar. En voor 10 procent is de landelijke politiek het belangrijkst.
In het onderzoek onderschrijft verder tweederde de stelling dat gemeentepolitiek belangrijker is dan veel mensen denken. Maar de kennis van de lokale politiek is gering. Slechts 22 procent zegt de meeste wethouders bij naam te kennen.
Verder is opvallend dat minder dan een kwart weet dat er dit jaar ook nog Europese verkiezingen zijn. Slechts 4 procent weet dat deze verkiezingen gehouden worden op 22 mei.