Maleisië: Anwar toch veroordeeld
De Maleisische oppositieleider Anwar Ibrahim is tot vijf jaar cel veroordeeld wegens sodomie. De rechter vernietigde daarmee de vrijspraak voor Anwar in deze zaak, twee jaar geleden.
De rechter acht nu bewezen dat Anwar in 2008 seks heeft gehad met een mannelijke medewerker. Hoewel homoseksualiteit verboden is in Maleisië, wordt er zelden iemand voor vervolgd.
"Na vijftien jaar willen ze me opnieuw opsluiten", zei Anwar na zijn veroordeling. Hij is ervan overtuigd dat de vervolging alleen bedoeld is om hem politiek te beschadigen.
Zwarte dag
Anwar Ibrahim wist vorig jaar tijdens de algemene verkiezingen veel zetels weg te halen bij de Barisan Nasional regeringscoalitie. Hij wordt beschouwd als de enige serieuze bedreiging voor de coalitie die in Maleisië al sinds 1957 aan de macht is.
Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch spreekt van een "zwarte dag voor de rechterlijke macht in Maleisië".
Lange geschiedenis
Anwar was in 1998 vice-premier toen hij uit de gratie raakte en vervolgens van sodomie werd beschuldigd. In 2000 kreeg hij daarvoor negen jaar celstraf opgelegd.
Vier jaar later draaide het hooggerechtshof deze veroordeling terug en kwam Anwar vrij. In 2008 volgde een nieuwe beschuldiging van homoseks.
Beroep
De advocaten van Anwar gaan ook deze keer in hoger beroep. In de tussentijd hoeft Anwar niet de gevangenis in.