Bosniërs verenigd in boosheid
Door correspondent Joost van Egmond
De rellen en brandstichtingen van de afgelopen dagen zijn geluwd, maar de woede onder de Bosniërs neemt niet af. Vandaag gingen opnieuw mensen de straat op. Om politici uit te kafferen, om verandering te eisen.
Als een flashmob bewegen ze zich door de straten van Sarajevo. Ze blokkeren een doorgaande weg, duiken op voor het politiebureau, verdwijnen richting de rechtbank. Verenigd in woede, maar daar houdt de gelijkgestemdheid op.
"Het is een heel diverse menigte", zegt Aldin Arnautovic. "Er is geen eenheid." Arnautovic weet waarover hij praat. Vorige zomer was hij nauw betrokken bij de voorganger van deze protesten, toen plots duizenden mensen in de benen kwamen om een beter bestuur te eisen. Ze kregen een paar toezeggingen en de revolutie ebde langzaam weg.
Geen leider
Het probleem van Bosnië is de enorme kloof tussen alle politieke partijen enerzijds en de bevolking anderzijds. Tot nu toe is er in Bosnië niemand opgestaan die de massa's ontevreden burgers kon leiden zonder hun vertrouwen te verliezen. En dat wreekt zich. Oproepen van president en premier tot een dialoog worden dan ook honend ontvangen.
"Wij eisen aftreden!", vat een oudere man de boodschap op een kartonnen bord samen. Hij heeft genoeg van alles. "De afgelopen twintig jaar is er genoeg geld in dit land gestoken om drie generaties goed te laten leven", zegt hij. "Waar is dat gebleven?"
Zijn oproep vindt hier en daar gehoor. De premiers van drie kantons, een berucht inefficiënte tussenlaag in het bestuur, hebben inmiddels de eer aan zichzelf gehouden. Betogers eisen onderhand de afschaffing van die kantons. De Bosnische lente heeft nog een lange weg te gaan.