VK: VN negeert genitale verminking

Unicef is niet volledig in het verzamelen van cijfers over vrouwenbesnijdenissen. Dat stelt de Volkskrant op basis van eigen onderzoek.

In Unicef-rapporten wordt vooral gekeken naar genitale verminking van vrouwen in Afrikaanse landen. Dat ook in het Midden-Oosten en in Azië vrouwen worden besneden, sneeuwt volledig onder. Tegenover de Volkskrant erkent Unicef dat dat neerkomt op onderrapportage.

In het laatste Unicef-rapport over vrouwenbesnijdenis, uit juli 2013, worden cijfers uit ruim twintig Afrikaanse landen gepresenteerd. Ook Irak en Jemen worden onder de loep genomen. De VN-onderzoekers zeggen dat er aanwijzingen zijn dat in meer landen in het Midden-Oosten en Azië vrouwen worden besneden, maar gaan daar verder niet op in.

Huiver voor islamofobie

De Duitse hulporganisatie Wadi stuitte naar eigen zeggen op een muur van verzet toen ze het probleem wilde aankaarten. Het ging concreet over de situatie in Noord-Irak, waar veel Koerdische vrouwen worden besneden.

Directeur Von der Osten-Sacken zegt dat andere organisaties het beeld wilden laten bestaan dat vrouwenbesnijdenis een Afrikaans probleem is dat niets met de islam te maken heeft. Volgens hem speelde huiver voor islamofobie daarbij een rol.

Indonesië en Maleisië

Wadi spreekt van een zwart gat en benadrukt dat "overal waar je onderzoek doet, aanwijzingen voor vrouwenbesnijdenis worden gevonden".

De grootste aantallen komen uit Indonesië; het grootste moslimland ter wereld, en Maleisië. Voor Indonesië zijn geen exacte cijfers, maar in Maleisië is volgens de Universiteit van Maleisië 94 procent van de moslimvrouwen besneden.

Ook in Thailand, de Filipijnen, Sri Lanka, Singapore en in India en Pakistan worden meisjes besneden, maar cijfers ontbreken.