Recordjaar voor musea

Het liep dit jaar storm in Nederlandse musea. Voor verschillende musea was het een recordjaar, onder meer door heropeningen en de troonswisseling.

Ruim 2,2 miljoen mensen bezochten het Rijksmuseum in Amsterdam, dat in april na een lange verbouwing weer open ging. Het oude record stamde uit 1975, toen 1,4 miljoen bezoekers naar het Rijks gingen.

Stedelijk Museum

Ook het Bonnefanten Museum in Maastricht (135.000) en het Drents Museum in Assen (230.000) zagen hun bezoekersaantallen flink stijgen.

Het Van Gogh Museum trok net als vorig jaar 1,4 miljoen bezoekers. Het Stedelijk Museum brak met 700.000 bezoekers het eigen record. Het Amsterdamse museum heropende zijn deuren in september vorig jaar.

Troonswisseling

De troonswisseling op 30 april legde musea ook geen windeieren. Zo kwamen ruim 400.000 mensen af op paleis Het Loo in Apeldoorn, een stijging van 60 procent.

De Nieuwe Kerk Amsterdam ontving met 244.000 bezoekers een kwart meer mensen dan het jaar ervoor (195.000).

'Blijvend effect'

Siebe Weide, directeur van de Museumvereniging, denkt dat musea volgend jaar weer veel bezoekers zullen trekken. "De nieuwigheid is er op een gegeven moment wel vanaf, maar we denken dat het een blijvend effect heeft. Musea staan er weer goed voor."

Recordcijfers dus, maar volgens Weide blijft het voor musea lastig. "Het Geldmuseum in Utrecht en de bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam sloten dit jaar hun deuren. Je ziet dat musea gaan samenwerken om samen tentoonstellingen te organiseren. Dat is een goede ontwikkeling."