Hoe bescherm ik mijn privacy?
Door NOS internet-expert Rachid Finge
1. Betaal voor je e-mail.
Gmail van Google en Outlook van Microsoft (misschien nog steeds beter bekend als Hotmail) zijn de twee grootste e-mailproviders ter wereld. Je betaalt niets voor een account, maar in ruil daarvoor krijg je advertenties te zien. Om die advertenties zo relevant mogelijk te maken, wordt er zoveel mogelijk informatie over je verzameld. Vandaar dat Google zijn producten (zoals Search, YouTube en dus Gmail) aan elkaar koppelt, want zo kunnen je interesses beter in kaart worden gebracht. Wil je dit allemaal niet? Dan is het geen slecht idee om te betalen voor e-mail. Eigenlijk doe je dat al: internetproviders (zoals Ziggo en XS4ALL) bieden al hun klanten meerdere e-mailadressen. Zo blijven je e-mails uit de greep van adverteerders.
2. Facebook-gebruiker?
Check je privacy-instellingen. Wie zich écht zorgen maakt om privacy zit waarschijnlijk niet eens op Facebook, maar deel je toch graag je leven met anderen op sociale media, dan doe je er goed aan om te kijken wie je berichten en foto's precies kunnen zien. Per item kun je dit heel precies instellen. Het wereldbolletje betekent dat iedereen je bericht kan zien, zelfs mensen die geen Facebook hebben. Ook kun je berichten delen met alleen je vrienden of zelfs met een specifieke lijst mensen. Best handig voor de feestdagen: zo kun je anderen om cadeautips vragen en ervoor zorgen dat degene voor wie het cadeau is je vraag niet kan zien.
3. Do Not Track.
Wel eens een product op internet willen kopen, maar er op het allerlaatste moment van afgezien? Grote kans dat je een dag later op een totaal andere website een advertentie van precies dat product ziet. Dat is natuurlijk geen toeval. Dankzij zogenoemde cookies kunnen bedrijven die advertenties op internet verzorgen dit soort dingen heel aardig in de gaten houden. Een oplossing komt van de fabrikanten van webbrowsers. Door de zogenoemde Do Not Track-optie in te schakelen, zullen browsers de advertentiebedrijven vragen om je niet te volgen. Hoe effectief dit is moet nog maar blijken; uiteindelijk doe je alleen maar een verzoek aan die bedrijven en het is aan hen om al dan niet mee te werken.
4. Beveilig je draadloze internetverbinding.
Niet iedereen die via een draadloze verbinding op internet zit, doet dat via een beveiligde verbinding. Dat is niet slim, want kwaadwillenden kunnen dan zonder moeite alle gegevens die je via internet verstuurt of ontvangt aftappen. Ook kunnen anderen zomaar inloggen op je draadloze netwerk, zonder dat ze een wachtwoord hoeven in te voeren. Zorg er dus voor dat je router alleen beveiligde, draadloze verbindingen accepteert.
5. Gebruik Tor.
Wie het programma Tor gebruikt, zorgt ervoor dat zijn internetverkeer versleuteld via andere Tor-gebruikers bij de eindbestemming komt. Dus in plaats van dat je bijvoorbeeld direct met een website communiceert, maak je allerlei omwegen via virtuele, beveiligde tunnels. Het resultaat is dat het veel moeilijker is om getraceerd te worden. Er kleven wel nadelen aan Tor: ongure types maken er ook graag gebruik van en de virtuele tunnels maken je verbinding nostalgisch traag.
Tot slot: bedenk dat privacy op internet relatief is. De onthullingen van klokkenluider Edward Snowden laten zien dat sommige inlichtingendiensten heel ver gaan bij het aftappen en afluisteren van internetverkeer, zo ver zelfs dat grote bedrijven als Google het niet eens door hebben.