CPB: minder plannen doorrekenen

Het Centraal Planbureau (CPB) rekent voortaan niet alle verkiezingsprogramma's meer uitgebreid door. De huidige werkwijze, ontstaan in 1986, is volgens de nieuwe CPB-directeur Laura van Geest praktisch niet meer uitvoerbaar.

Het CPB analyseert de financieel-economische effecten van de verkiezingsprogramma's, op verzoek van de politieke partijen. Zo wordt duidelijk wat het effect van de maatregelen is voor bijvoorbeeld het financieringstekort, de koopkracht, de werkgelegenheid en het milieu.

Hoofdzaken

In een brief aan de politieke partijen erkent Van Geest dat het doorrekenen van de programma's in een maatschappelijke behoefte voorziet, maar tegelijkertijd kondigt ze een andere werkwijze aan.

Van Geest wijst erop dat niet alleen het aantal fracties is gegroeid, maar ook het aantal door te rekenen onderwerpen, die bovendien complexer zijn geworden.

Toetsgrens

Vanaf nu gaat het CPB minder onderwerpen doorrekenen. Het overzicht krijgt een meer algemene strekking, doordat alleen nog wordt gekeken naar de effecten op de middellange en lange termijn voor de werkgelegenheid en overheidsfinanciën. De toetsgrens voor maatregelen wordt verhoogd van 50 naar 100 miljoen euro.

Laura van Geest, de opvolger bij het CPB van Coen Teulings, licht de nieuwe werkwijze vanavond in Nieuwsuur toe. Voor haar benoeming was ze directeur-generaal Rijksbegroting op het ministerie van Financiën.