Kamer: geen hard bewijs gifgas
De Nederlandse inlichtingendiensten hebben geen hard bewijs dat het regime-Assad een gifgasaanval heeft uitgevoerd tegen opstandelingen. Dat zeggen Kamerleden die vanmorgen zijn bijgepraat door de AIVD en de MIVD.
De twee inlichtingendiensten hebben informatie geanalyseerd van onder anderen de Amerikanen en hebben hun conclusies gedeeld met de buitenlandwoordvoerders in de Kamer.
Raketbeschieting
Het was een vertrouwelijke bijeenkomst, dus de Kamerleden willen er inhoudelijk niets over kwijt. Wel zeggen ze dat de informatie hen er niet van heeft overtuigd dat Assad achter de aanval zit en dat Nederland nu dus een vergeldingsactie zou moeten steunen.
"Ik kan mij na deze briefing wel beter voorstellen wat minister Timmermans de afgelopen tijd zei", zegt Kamerlid Voordewind van de ChristenUnie. "Dat er onvoldoende bewijs is en dat er dus geen politiek besluit kan worden genomen om een aanval te steunen. We moeten nu eerst het VN-spoor aflopen."
'Stelligheid'
Ook VVD'er Ten Broeke is niet over de streep getrokken om nu steun uit te spreken voor een Amerikaanse vergeldingsactie. Hij blijft erbij dat er eerst betrouwbaar en geloofwaardig bewijs op tafel moet komen en "dat er eventueel een dader moet kunnen worden aangewezen".
Hij verwacht wel dat de Amerikanen "de komende dagen" met aanvullende informatie zullen komen, omdat ook andere landen van mening zijn dat er meer bewijs moet liggen voor zij een aanval steunen.
Volgens PvdA-Kamerlid Servaes is in de bijeenkomst nog eens bevestigd dat Nederland "geen eigenstandig oordeel kan vormen" over wat er precies is gebeurd in Damascus. "We kunnen niet met dezelfde stelligheid als de Amerikanen, de Fransen en de Britten zeggen dat er gifgas is gebruikt of dat het regime-Assad daar achter zit."