Kamer: pensioenpremie omlaag

Een meerderheid van de Tweede Kamer wil dat de premies die werknemers betalen voor het pensioen worden verlaagd als het kabinet het belastingvoordeel voor pensioenopbouw beperkt. Werkenden kunnen er dan zo'n 1000 euro per jaar op vooruitgaan.

Minder sparen

Afgelopen vrijdag bereikten het kabinet en sociale partners een akkoord waarbij werknemers jaarlijks minder pensioen kunnen sparen. De jaarlijkse opbouw gaat van 2,25 naar 1,85 procent. Het verschil valt onder de inkomstenbelasting. Dat moet de schatkist 2,9 miljard euro opleveren.

Meerderheid

Als de werknemer minder belastingvrij pensioen kan sparen, kan de premie die hij daarvoor betaalt ook omlaag, menen VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP. "Als er geen pensioen mee wordt opgebouwd, moet het ook terug naar de portemonnee van de mensen," zegt D66-Kamerlid Van Weyenberg.

Het kabinet heeft de steun van D66 nodig, om de pensioenplannen door de Eerste Kamer te krijgen. Daar heeft de coalitie geen meerderheid.

Oppepper

Onlangs berekende De Nederlandsche Bank dat de Nederlandse economie een forse oppepper krijgt als de pensioenpremie omlaag gaat. Volgens DNB kan dan zo'n negen miljard euro worden teruggesluisd naar de werknemers. Dat geld gaat dan niet langer naar de pensioenpremie. Die loonstijging zal dan de komende jaren leiden tot extra uitgaven en die zullen de economie aanjagen. De pensioenopbouw zou ongeveer gelijk blijven, omdat er langer doorgewerkt wordt.

Buffers

Veel pensioenfondsen willen de premies niet teruggeven aan de werknemers. Zij willen het geld gebruiken om de buffers te versterken. Daarmee kunnen ze dan toekomstige financiële tegenslagen opvangen, zodat fondsen niet zoals nu het geval is de pensioenen niet kunnen verhogen of zelfs moeten korten.