Woede over executie huishoudhulp

Mensenrechtenorganisaties zijn woedend over de onthoofding van een huishoudelijke hulp in Saudi-Arabië.

De vrouw uit Sri Lanka was veroordeeld voor het doden van een baby op wie ze moest passen. De president van Sri Lanka heeft vergeefs geprobeerd om de voltrekking van de doodstraf te voorkomen.

De werkgever van de vrouw beschuldigde haar ervan dat ze zijn dochtertje in 2005 heeft gedood toen ze haar de fles gaf. Twee jaar later werd ze ter dood veroordeeld.

Proces

Volgens Amnesty International heeft de vrouw geen eerlijk proces gehad en had ze geen toegang tot advocaten.

De mensenrechtenorganisatie heeft aanwijzingen dat ze nog minderjarig was toen ze Saudi-Arabië in 2005 binnenkwam. Op haar paspoort stond wel dat ze in 1982 is geboren, maar op haar geboorteakte staat dat ze zes jaar jonger was.

Respect

Volgens Human Rights Watch maakte de leeftijd van de vrouw niets uit, omdat Saudi-Arabië een van de drie landen ter wereld is die mensen ter dood veroordeelt voor misdaden die zij als kind hebben gepleegd.

"Door deze executie tonen de Saudische autoriteiten aan dat ze geen respect voor mensen hebben", zegt een woordvoerder van Human Rights Watch.