Bengaalse boeddhisten beschermd

Boeddhistische families in Bangladesh kunnen weer veilig terug naar huis. Dat zeggen de autoriteiten in het overwegend islamitische land. De politie en het leger staan volgens de regering paraat om de boeddhisten te beschermen tegen radicale moslims.

Afgelopen weekend sloegen veel boeddhisten op de vlucht. Radicale moslims hadden het op hen gemunt nadat op het Facebook-account van een boeddhist een foto was verschenen van een verbrande koran.

In de regio Cox's Bazar, bij de grens met Birma, zochten zo'n duizend families een veilig heenkomen. Tien boeddhistische tempels gingen in vlammen op. Daarnaast werden huizen en winkels van boeddhisten geplunderd, vernield of in brand gestoken.

Herbouwd

De Bengaalse minister van Binnenlandse Zaken, Mohiuddin Khan Alamgir, heeft het gebied bezocht. Hij heeft beloofd dat de boeddhisten worden beschermd en gesteund door de regering. Zo zullen alle verwoeste huizen worden herbouwd.

In Bangladesh wonen ruim 160 miljoen mensen. Van hen is bijna 90 procent islamitisch en bijna 10 procent hindoeïstisch. De 300.000 boeddhisten in Bangladesh maken slechts 0,2 procent van de bevolking uit. Ze wonen vooral in het grensgebied met Birma.

Normaal leven de geloofsgemeenschappen in Bangladesh vreedzaam samen. Tijdens het geweld tegen de boeddhisten konden veel bedreigde families terecht bij islamitische buren of vrienden. Ook geven moslims voedsel aan boeddhisten die door het geweld alles zijn kwijtgeraakt.