Olifanten Kameroen afgeslacht
Door buitenlandredacteur Daan Blokker
In de savanne in het noorden van Kameroen liggen honderden verminkte lijken van olifanten. De dieren zijn gedood bij aanhoudende slachtpartijen van stropers. De regering van Kameroen probeert dit nu te stoppen.
De bloedbaden vonden plaats in het nationale park Bouba N'Djida, op de grens met Tsjaad. Sinds januari zijn daar, volgens het International Fund for Animal Welfare (IFAW), zeker 300 tot 400 en misschien zelfs meer dan 600 van de 1000 savanne-olifanten afgeslacht.
Hun slagtanden zijn afgezaagd. Het is een enorme klap voor de olifantenpopulatie in Centraal-Afrika, waarvan 80 procent in Kameroen leeft.
Tanden
Ook de gevolgen voor de toekomst zijn groot. De tanden van volwassen olifanten, het favoriete doelwit van de stropers, zijn groter en dus meer waard. Maar deze dieren zijn ook vaak de leiders van een kudde.
Hun dood betekent een verlies aan kennis en ervaring voor de hele groep. Volgens sommige onderzoeken duurt het tientallen jaren voordat die schade is hersteld. Als dat ooit al gebeurt.
Sudan
De stropers die hier zo hebben huisgehouden, komen uit Sudan. Een tocht van meer dan 1000 kilometer die ze aflegden op paarden en met kuddes vee.
Dezelfde stropers waren eerder actief in Tsjaad, dat tussen Sudan en Kameroen ligt. Van de meer dan 3000 olifanten die ooit in Tsjaad rondliepen, hebben er naar schatting maar 500 het overleefd.
De autoriteiten van Kameroen proberen nu een einde te maken aan het stropen. Er zijn 150 soldaten naar het gebied gestuurd. Bij vuurgevechten met de stropers zijn aan beide kanten doden gevallen. Ook zijn tientallen afgezaagde slagtanden in beslag genomen.
Te weinig, te laat
Maar het lijkt erop dat Kameroen de stropers heeft onderschat. "De goedgeorganiseerde en zwaarbewapende stropers waren niet bang om waar nodig te vechten met soldaten en parkbewakers", zegt Rikkert Reijnen van het IFAW. Bovendien konden de stropers twee maanden lang ongestoord hun gang gaan. De legerinzet kwam dus te laat en was te klein.
Deze bloedige gebeurtenis laat zien hoe weinig prioriteit het tegenhouden van stropen in veel Afrikaanse landen heeft. Kameroen had zo'n strooptocht kunnen zien aankomen. Verschillende organisaties hebben hiervoor gewaarschuwd, maar de regering trad niet op.
Ook de lokale bewoners doen weinig tegen de stropers. De olifanten vernielen hun gewassen, wat een economische strop is voor een toch al arm gebied. Dus voor veel bewoners is het juist een zegen als er wat minder van die dieren zijn.