NOS NieuwsAangepast

'Raketten om Libië te bombarderen waren bijna op'

De NAVO-landen die samen bombardementen uitvoerden op Libië werden 'gered door de gong' tijdens de val van kolonel Kadhafi. Dat zegt voormalig secretaris-generaal van de NAVO Jaap de Hoop Scheffer. Volgens De Hoop Scheffer waren de raketten van de deelnemende landen bijna op.

Onder leiding van Frankrijk en Groot-Brittannië voerden verschillende NAVO-landen dit jaar maandenlang bombardementen uit op doelen in Libië. Officieel om de burgerbevolking te beschermen, maar volgens velen ook om de Libische leider Kadhafi van z'n troon te stoten.

Drie weken

De Hoop Scheffer sprak in Den Haag op een congres van instituut Clingendael. Volgens hem hadden de Europese landen het niet veel langer vol kunnen houden. Hij noemde een termijn van drie weken.

Niet alle NAVO-landen deden mee aan de bombardementen op Libië. Nederland deed alleen mee aan het handhaven van een vliegverbod, niet aan het bestoken van gronddoelen.

Duitsland

Daarom zou Denemarken volgens De Hoop Scheffer gevraagd hebben om raketten van Nederland. Of die ook gegeven zijn, weet hij niet.

Dat de raketten in de deelnemende landen bijna op waren wil dus niet zeggen dat alle NAVO-landen al door hun voorraden heen waren. Ook de Verenigde Staten hielden zich op de achtergrond bij het bestoken van gronddoelen in Libië. Duitsland deed helemaal niet mee.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl