NOS NieuwsAangepast

China's politieke geschiedenis

door buitenlandredacteur Floris Harm

"Het Chinese volk is opgestaan!" Aldus bezegelde China's leider Mao Zedong in 1949 de Chinese revolutie. De burgeroorlog was ten einde. De Volksrepubliek China was een feit, zo riep Mao vanaf de Poort van de Hemelse Vrede in Peking.

China was opgestaan om zijn rechtmatige plaats als grote mogendheid te heroveren. Dat wilde en beloofde Mao, en uiteindelijk werd zijn droom werkelijkheid: anno 2011 is China de tweede economie ter wereld, waar iedereen naar moet luisteren, of hij wil of niet.

Grote Sprong Voorwaarts

Maar dat is maar voor een klein deel aan Mao te danken. Mao wilde een machtig land, maar alleen op streng communistische leest geschoeid. Politieke zuiverheid kwam eerst, de economie daarna.

Fabrieken en bedrijven werden genationaliseerd, de staat was voortaan de werkgever. Grootgrondbezit werd afgeschaft, de landheren geëxecuteerd. De boeren werden ondergebracht in volkscommunes. Tijdens de Grote Sprong Voorwaarts moesten zij niet alleen de oogst binnenhalen, maar ook mini-hoogoventjes runnen. Deze dubbelslag van industrialisatie op het platteland moest China in sneltreinvaart op gelijke voet met de VS brengen. Het beleid werd een ramp. Tussen 1959-1961 kwamen zeker 30 miljoen mensen van de honger om.

Ondertussen moest een aaneensluiting van politieke campagnes de politieke betrouwbaarheid van het volk waarborgen. De "Vijf Anti"-, de "Anti Rechts"-, de "Anti-Confucius"-Campagne en de Culturele Revolutie: elk had zijn eigen slogans en politieke studie- en kritieksessies. En elk had zijn eigen slachtoffers.

Economische liberalisering

Toen Mao in 1976 overleed, was het land bankroet en de bevolking murw. Om de legitimiteit van de communisten te herstellen, zat er in de ogen van Mao's opvolgers maar één ding op: toename van de welvaart door economische liberalisering.

Deng Xiaoping, die destijds door Mao als "te rechts" was weggezet, begon er in 1978 mee. "Het geeft niet of een kat wit of zwart is, als hij maar muizen vangt", zei hij. Met andere woorden, economische groei werd belangrijker dan politieke zuiverheid.

China kreeg een "socialistische markteconomie". Volkscommunes werden ontbonden, boeren konden hun overschotten op de vrije markt verkopen. De grenzen gingen open voor buitenlandse investeerders. In 20 jaar werden meer dan 300 miljoen mensen uit de armoede opgetild - een ongekende prestatie.

Democratie

Maar de economische liberalisering had een prijs: oplopende inflatie, toenemende corruptie en misdaad. De onvrede over een keur aan maatschappelijke problemen, waaronder het gebrek aan democratie, leidde in de lente van 1989 tot massale demonstraties op het Plein van de Hemelse Vrede in de hoofdstad Peking, pal onder de neus van het Chinese Kremlin.

Andere grote steden volgden. De protesten hielden wekenlang aan, terwijl de overrompelde en verdeelde Chinese leiders twijfelden. Uiteindelijk kwamen zij met een antwoord: honderden, misschien duizenden mensen kwamen om toen het leger werd ingezet om een einde aan de onrust te maken.

Afspraak

Meer dan twintig jaar later lijkt de onrust van toen ver weg. De Chinese leiders hebben een stilzwijgende afspraak met de burger: economische voorspoed in ruil voor politieke volgzaamheid. Er zijn dissidenten, maar hun invloed is klein. Er is internet met allerhande sociale media, maar de censuur houdt het scherp in de gaten.

Maar de politieke rust is relatief. De inkomensongelijkheid groeit. Er is weliswaar geen grote georganiseerde oppositie, maar het aantal "massale politieke incidenten" zoals een Chinese denktank ze noemt, is afgelopen jaren flink toegenomen. In 2006 waren er 60.000 van dat soort incidenten, in 2010 naar schatting 180.000.

Corruptie

Vaak ligt wijdverbreide corruptie er aan ten grondslag: een gif spuitende fabriek die open blijft, omdat de manager een plaatselijke bureaucraat wat toestopt; illegale landonteigening door een overheid die zich laat omkopen door de projectontwikkelaar; een arme migrantenarbeider die wordt doodgereden door de zoon van een generaal.

Op straat zorgen de incidenten voor demonstraties, stakingen en rellen. Op het internet leiden de incidenten steeds vaker tot een storm van protest, waar de overheid naar moet luisteren. En het is steeds meer de vraag of China tot in lengte van dagen zijn 20ste-eeuwse politieke systeem kan handhaven, terwijl de economie en de maatschappij zich verder ontwikkelen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl