Westen spreekt eigen olievoorraad aan
De prijzen van benzine en andere brandstoffen zijn aan het dalen. Er is minder vraag naar olieproducten, doordat de economische groei in veel landen vertraagt.
De wereldmarktprijs van ruwe olie ging de afgelopen tijd meer dan twintig dollar per vat omlaag. Eerder dit jaar steeg de olieprijs als gevolg van de onrust in landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika naar zo'n 115 dollar per vat.
Mogelijk gaan de prijzen nog verder dalen, nu enkele westerse landen een deel van hun strategische oliereserves op de markt brengen. Deze voorraden zijn bedoeld om iets achter de hand te hebben, voor het geval er geen olie meer wordt aangevoerd als gevolg van oorlog of boycot.
Signaal
Het gaat komende maand om een hoeveelheid van zestig miljoen vaten, waarvan de Verenigde Staten de helft voor hun rekening nemen. Dagelijks worden wereldwijd ruim tachtig miljoen vaten verbruikt.
Het Internationaal Energie Agentschap (IEA), dat het beheer van de voorraden coördineert, wil met de extra olie speculanten op de oliemarkt de voet dwars zetten. Waarschijnlijk wordt de prijs opgedreven doordat handelaren kunstmatig een tekort creëren.
Speculanten maken daarbij gebruik van een verminderde aanvoer, zoals uit Libië. Door de oorlog in dat land komen er dagelijks anderhalf miljoen vaten olie minder op de markt.
Iran
De inzet van olie uit de strategische voorraden wordt ook gezien als een signaal naar de olieproducerende landen van de OPEC. De IEA vindt dat de twaalf lidstaten hun productie moeten opvoeren, om de verminderde aanvoer te compenseren. De hoge olieprijs komt het Westen slecht uit. De dure olieproducten belemmeren het economisch herstel na de recessie van enkele jaren geleden. Het Amerikaanse congreslid Makey noemt het aanspreken van de voorraden een "statement" naar de olielanden, in het bijzonder naar de 'dwarsliggers' Iran en Venezuela. "Hiermee sturen we de boodschap naar de OPEC dat we onze economie niet langer willen laten gijzelen."
Pomp
Oliedeskundige Aad Correljé van instituut Clingendael betwijfelt of dit het gewenste effect heeft. Het sleutelland Saudi-Arabië heeft eerder gezegd dat de productie zal worden vergroot. Dat is tot nu toe niet gebeurd, maar volgens Correljé zou Saudi-Arabië de actie van het Westen kunnen beschouwen als een motie van wantrouwen. Correljé durft geen voorspelling te doen over de prijzen aan de pomp. "Dat hangt niet alleen af van de ruwe olieprijzen, maar ook van de ontwikkelingen op de aparte markten voor benzine, diesel enzovoorts. Door schaarste aan raffinagecapaciteit, wordt een lagere olieprijs niet helemaal vertaald naar de literprijzen per product."