NOS NieuwsAangepast

Nederlander overleden in Libië

In Libië is een Nederlander overleden. Dat bevestigt minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken, na berichten daarover in NRC en de GPD-kranten.

De man (62) is dood aangetroffen in een guesthouse in Benghazi, door een Nederlandse collega. Gisteravond is hij overgebracht naar het mortuarium van een ziekenhuis in Benghazi. Vanochtend hebben collega's van het oliebedrijf waar hij werkte hem daar geïdentificeerd.

De exacte doodsoorzaak is nog niet duidelijk. Volgens minister Rosenthal staat tot nu toe alleen vast dat de man twee weken geleden is overvallen. Buitenlandse Zaken wil niet bevestigen dat de overval is gepleegd door aanhangers van de Libische leider Kadhafi.

Epilepsie

De overleden man behoorde tot een groepje van drie Nederlanders die in Libië werkten en daar zelf wilden blijven. Buitenlandse Zaken heeft wel gevraagd om de mannen te evacueren. Hij wilde niet. "Hij had het naar zijn zin", aldus minister Rosenthal.

Volgens de GPD-bladen had de man zich ten tijde van de overval samen met twee Nederlandse collega's verschanst op het terrein van het oliebedrijf waarvoor ze werken. De Kadhafi-aanhangers zouden daar zijn binnengevallen en de mannen twee dagen lang hebben opgesloten. Ook werden ze beroofd van al hun bezittingen, waaronder de medicijnen die de man elke dag moest slikken vanwege epilepsie, meldt de GPD.

Contact

Volgens Buitenlandse Zaken gebruikte de man inderdaad medicijnen. Het is alleen niet zeker dat hij door een gebrek daaraan is overleden. "Hij had nog medicijnen", aldus Rosenthal. Donderdag was er nog contact met de familie. "We hebben niets verontrustends gehoord."

Afgelopen woensdag zou het trio zijn ontsnapt naar Benghazi. De afgelopen dagen zou de Nederlander verscheidene epilepsie-aanvallen hebben gekregen. De laatste is hem waarschijnlijk noodlottig geworden, meldt de GPD.

Nog een Nederlander

Omdat de toedracht van zijn dood nog niet helemaal duidelijk is, wil minister Rosenthal de naam van de man nog niet bekendmaken.

NRC-correspondent Gert van Langendonck sprak met Wouter Loomen, de collega die de overleden man vond. Volgens Loomen kozen de drie Nederlanders er na het vertrek van hun overvallers zelf voor om te blijven op het terrein van hun bedrijf. "Iemand moest toch zorgen voor het onderhoud van de installaties".

De overleden man was volgens Loomen "ongelooflijk fit en robuust. Dat maakte het moeilijk voor mensen rondom hem om in te schatten hoe ernstig de situatie was."

Hersenbloeding

Pas toen het drietal woensdagmiddag naar Benghazi vertrok verslechterde de gezondheidstoestand en kreeg de Nederlander een epilepsie-aanval die hem erg verzwakte, schrijft NRC. Toen Loomen hem 's avonds in zijn guesthouse bezocht, vond hij hem levenloos op de vloer.

Loomen denkt dat zijn collega is overleden aan een hersenbloeding, die mogelijk te voorkomen was geweest door het slikken van medicijnen tegen epilepsie.

Loomen zegt dat er altijd contact is geweest met het ministerie van Buitenlandse Zaken en dat de ambassade in Tripoli hen ervan probeerde te overtuigen om naar het relatief veilige Benghazi te vertrekken, waar de apotheken nog gewoon open waren. "We zagen er gewoon de noodzaak niet van in", vertelt Loomen in NRC.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl