16 procent van de Nederlandse huishoudens heeft geen geld voor vakantie
Ruim 16 procent van de Nederlandse huishoudens zegt te weinig geld te hebben om jaarlijks een week op vakantie te kunnen. In de Europese Unie heeft zelfs 33 procent van de huishoudens geen geld voor een weekje weg. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat, het Europees bureau voor de statistiek.
Nederland staat op plek zes in de lijst van Europese lidstaten met het hoogste percentage vakantiegangers. In Luxemburg, Oostenrijk en de Scandinavische landen kunnen meer huishoudens op vakantie. Zweden telt de meeste vakantiegangers; daar heeft slechts 8 procent geen geld om vakantie te vieren.
In Oost-Europa en Zuid-Europa ligt het percentage huishoudens dat geen geld zegt te hebben voor een vakantie veel hoger. In Roemenië en Kroatië kunnen 6 op de 10 gezinnen niet op vakantie, in Griekenland, Bulgarije, Hongarije en Cyprus is dat de helft.
Opvallend is het aantal Britten dat het hele jaar thuis blijft: bijna 30 procent heeft geen geld voor een weekje weg.
Daling
Het percentage Nederlanders dat geld tekort komt voor een vakantie neemt sinds de crisis gestaag af. In 2013 kon bijna 19 procent van de Nederlandse huishoudens niet op vakantie, nu is dat dus ruim 16 procent.
Ook in Europa konden iets meer gezinnen zich de laatste jaren een vakantie veroorloven: het aantal mensen dat thuisbleef nam tussen 2011 en 2016 af van 38 naar zo'n 32 procent.