Zaadkwaliteit van de westerse man keldert
Het sperma van mannen in Europa, de VS, Australië en Nieuw-Zeeland is de laatste 40 jaar fors in kwaliteit teruggelopen. In 2011 zaten in de gemiddelde zaadlozing 59,3 procent minder zaadcellen dan in 1973, blijkt uit een analyse van wetenschappelijke studies.
In de afgelopen jaren lieten grote studies dat effect al zien, zegt uroloog Gert Dohle van het Erasmus MC. Nieuw onderzoek in het vakblad Human Reproduction Update maakt een eind aan mogelijke twijfels. De auteurs combineerden allerlei studies en analyseerden de data van in totaal 42.935 mannen opnieuw.
Reageerbuis
De resultaten liegen er niet om. Waar een milliliter sperma van westerse mannen in 1973 nog 99 miljoen zaadcellen bevatte, was dat in 2011 nog maar 47 miljoen. Bij mannen in Azië, Afrika en Zuid-Amerika was geen afname te zien, maar daar is ook veel minder onderzoek gedaan.
Als de trend zich voortzet, zullen mannen in toenemende mate afhankelijk worden van vruchtbaarheidsbehandelingen zoals IVF, zegt Dohle. In Scandinavië geldt dat al voor 1 op de 5 mannen.
Kanarie
De onderzoekers zien de spermakwaliteit als een kanarie in de kolenmijn. Het teruglopen van de kwaliteit kan het gevolg zijn van blootstelling aan pesticiden, stress en ongezonde gewoonten als roken en drinken.
Maar voor de meeste mannen is het een aangeboren zaak, zegt Dohle. "We denken dat het vooral ligt aan stoffen die we dagelijks binnen krijgen die veel op vrouwelijke hormonen lijken. Dat verstoort de ontwikkeling van ongeboren jongetjes en leidt later tot verminderde zaadkwaliteit. Maar ook tot zaadbalkanker en problemen als obesitas, diabetes en autisme."
Een van de beruchte hormoonverstorende stoffen in de levensmiddelenindustrie is bisfenol A, dat wordt gebruikt bij de productie van plastic bakjes en drinkbekers en bij het maken van een beschermlaagje van epoxyhars in ingeblikt voedsel. De consument krijgt daardoor ook bisfenol binnen.
Kleding
Het verminderen van het gebruik van hormoonverstorende stoffen zou de trend kunnen keren, denkt Dohle. De schadelijke gevolgen zijn allang bekend en er zijn alternatieven beschikbaar, maar toch worden de stoffen nog op grote schaal gebruikt in onder meer plastic, schoonmaakmiddelen en kleding.
In de Europese Unie is begin deze maand een eerste stap gezet om het tij te keren. Deskundigen uit de lidstaten hebben ingestemd met criteria om vast te stellen welke 'hormoonstof' nog mag worden gebruikt.