28.500 zandkorreltjes herschrijven geschiedenis Australië
Een vondst in de Australische outback herschrijft de geschiedenis van het continent. Aboriginals blijken al 18.000 jaar eerder te zijn aangekomen dan gedacht.
In een schuilplaats in het Noordelijk Territorium vonden de onderzoekers stenen bijlen en okerkrijtjes, schrijven ze in het wetenschappelijk tijdschrift Nature. Ze dateerden de vondst op 65.000 jaar geleden. Tot nu toe ging de wetenschap ervan uit dat de oorspronkelijke bevolking van Australië tussen de 47.000 en 60.000 jaar geleden aankwam.
Daarmee moet de geschiedenis van de vroegste mens worden herzien. "Aangezien Australië het eindstation was in de migratie van de mens, kunnen we dus stellen dat ze eerder dan dat moment uit Afrika zijn vertrokken", redeneert de leider van het onderzoek.
De Aboriginals moeten in Australië zijn gearriveerd toen er nog megafauna als reuzenwombats en enorme vleesetende varanen leefden.
De vondst werd gedateerd door met laserstralen de ouderdom van 28.500 zandkorreltjes eromheen te bepalen. Door die optische-stimulatiedatering konden de onderzoekers vaststellen hoelang geleden het zand voor het laatst zonlicht had opgevangen.
In de Australische media wordt de vondst breed uitgelicht. De krant Sydney Morning Herald rekende uit dat als de aanwezigheid van Aboriginals in Australië vergeleken wordt met één dag, de aankomst van de westerse bewoners in 1787 pas 5 minuten en 4 seconden geleden gebeurde.