'BMX freestyle is geen kunstschaatsen'
Voor de beoefenaars van BMX freestyle heeft zich een nieuwe wereld geopend. De sport kon zich jarenlang lekker vrijblijvend in de schaduw bewegen. Nu richten de toppers zich op de Spelen van 2020, want er zijn voor het eerst olympische medailles te winnen.
In Tokio staat BMX freestyle, samen met nieuwe sporten als skateboarden, (branding)surfen en sportklimmen, op het programma. Het IOC wil zo de Spelen een eigentijdser imago geven.
Bart de Jong adviseert de internationale wielrenunie UCI over BMX freestyle. "Al jarenlang zijn we er mee bezig om de sport groter en beter te maken. Dan helpt het natuurlijk enorm als je op het olympisch programma komt."
Trucs en sprongen
Een BMX freestyle wedstrijd bestaat uit twee runs van een minuut waarin zoveel mogelijk trucjes en sprongen moeten worden getoond. Wie na twee runs de meeste punten heeft, wint. De Jong: "Het is een jurysport, maar zeker niet te vergelijken met bijvoorbeeld kunstschaatsen waarbij verplichte oefeningen moeten worden getoond. Bij BMX freestyle gaat het juist om creativiteit. Elke keer willen we wat nieuws zien."
De concurrentie in aanloop naar de Spelen is enorm, want slechts negen mannen en negen vrouwen mogen meedoen in Tokio. Namens Nederland willen Tom van den Boogaard en Daniël Wedemeijer zich kwalificeren. Wedemeijer: "Wij hadden nooit de Spelen als doel. Nu wel. Het is het enige dat telt. Ik wil daar staan."
