NS krijgt miljoenenboete voor fraude in Limburg
De Autoriteit Consument en Markt heeft de NS een boete van bijna 41 miljoen euro opgelegd, vanwege fraude bij de aanbesteding van het streekvervoer in Limburg.
De NS maakte volgens de ACM misbruik van zijn machtspositie door een verlieslatend bod te doen. Bij een verlieslatend bod zijn de kosten hoger dan de verwachte opbrengsten. Andere aanbieders kregen geen eerlijke kans, omdat zij nooit een beter bod konden doen dat wel iets op zou leveren, stelt de ACM.
Bezwaar NS
De NS vindt dat het bod niet verlieslatend was. De ACM deed een eigen analyse over het verwachte aantal reizigers en de NS rekende met een hoger aantal. De NS wil dat de ACM het besluit heroverweegt.
Minister Dijsselbloem (Financiën) steunt dat, omdat hij duidelijkheid wil over hoe nu precies wordt bepaald wat een verlieslatend bod is.
Bedrijfsgeheimen
Daarnaast worden er boetes opgelegd omdat de NS vertrouwelijke bedrijfsinformatie van de concurrentie gebruikte. De NS had een oud-directeur van Veolia ingehuurd die de informatie doorspeelde.
De NS benadeelde concurrenten ook door verzoeken om het gebruik van de stationsvoorzieningen traag of onvolledig te beantwoorden.
De fraude kwam in 2015 aan het licht en leidde tot het opstappen van NS-directeur Huges.
Winnen
Volgens de ACM wilde de NS de aanbesteding in Limburg hoe dan ook winnen. De aanbesteding voor het regionaal openbaar vervoer was een pilot voor meerdere vervoerders op één spoor. De ACM zegt dat de NS het een bedreiging vond als er meerdere bedrijven op hetzelfde traject zouden gaan rijden, omdat dat dan mogelijk ook voor andere delen van het land zou gaan gelden.
Nadat de fraude aan het licht was gekomen, trok de provincie Limburg de gunning aan NS in. Nu verzorgt Arriva het openbaar vervoer in Limburg.
De NS en vijf ex-bestuurders worden ook strafrechtelijk vervolgd. Er zijn verdenkingen van valsheid in geschrifte, omkoping en schending van bedrijfsgeheimen. Die zaak loopt nog. In september werd bekend dat justitie een schikking wil treffen.