Amerikaan verdacht van spionage voor China

Een voormalige Amerikaanse diplomaat wordt verdacht van het verkopen van topgeheime overheidsdocumenten aan China. Hij kan daarvoor de doodstraf krijgen.

De zaak kwam aan het rollen toen de 60-jarige Kevin Mallory eerder dit jaar terugkeerde uit Sjanghai. De douane op de luchthaven van Chicago ontdekte dat hij 16.500 dollar in contanten bij zich had. Hij kon daar geen verklaring voor geven.

Een maand later gaf hij in een ondervraging door de FBI toe dat hij twee leden van een Chinese denktank had ontmoet, die bij nader inzien spionnen bleken te zijn. Zij hadden hem een "speciaal communicatie-apparaat" gegeven dat hij kon gebruiken om informatie over te brengen.

Niet gewist

De man zegt dat hij de Chinezen alleen twee door hem zelf geschreven documenten over de Amerikaanse buitenlandse politiek had gegeven. Die waren niet geheim.

Onderzoek van het apparaat leverde op dat er berichten en geheime documenten op stonden, waarvan Mallory dacht dat hij ze had gewist. In een zo'n bericht schreef hij: "Jouw doel is informatie verkrijgen, mijn doel is betaald worden".

Mallory is een oud-militair die tussen 1987 en 1990 voor het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken werkte. In de jaren daarna werkte hij voor verscheidene bedrijven en overheidsinstellingen. Hij had toestemming om zeer geheime informatie in te zien.