NOS SportAangepast

Teamgenoot Max: ook ik ben niet altijd een lachebek

Daniel Ricciardo voelt zich thuis in Montréal. Logisch: de teamgenoot van Max Verstappen boekte er in 2014 zijn eerste Formule 1-zege. Voor Ricciardo is de GP van Canada een jaarlijks hoogtepunt met mooie herinneringen. Autosportverslaggever Louis Dekker sprak met de bijna altijd opgewekte Ozzie.

Daniel Ricciardo is opgetogen na zijn eerste F1-zege bij de GP van Canada in 2014

Topsporters zijn doorgaans niet bezig met verleden. Ze zijn bezig met nieuwe doelen. Maar ik kan je vast wel verleiden tot een terugblik op die zondag in juni 2014.

Tuurlijk, hier mag het. Het is exact drie jaar geleden en het was een hele mooie race om te winnen. Vooral omdat de actie aan het eind zat: ik pakte pas twee ronden voor het einde de leiding. Grands prix die je van start tot finish leidt kunnen erg saai zijn, maar deze was opwindend: een crazy race met een finish achter de safety car.

En het weekend begon zo beroerd...

Ik was na de kwalificatie gefrustreerd omdat ik het helemaal had verprutst door een paar stomme fouten. Zo snel kan het dus kantelen. De ene dag ben je boos op jezelf vanwege een zesde startplek, de volgende dag sta je met een fles champagne op de hoogste trede.

Daniel Ricciardo gaat in 2014 over de finish van het Circuit Gilles Villeneuve

Eigenlijk gebeurde er twee weken geleden in Monaco iets soortgelijks. Ook toen stapte je woest uit je auto na de kwalificatietraining.

Klopt. Ik weet dat Max heel tevreden was over z'n rondje en z'n vierde plek. Ik werd vijfde en was pissig. Dat doet deze rare sport met je. Ook ik kan op die momenten erg emotioneel worden. Het komt door de druk. Je wil met je teamgenoot het team omhoog helpen, maar je wilt hem ook verslaan. Ach, het is goed dat mensen zien dat ik niet altijd die lachebek ben.

Vervolgens klim jij op zondag op het podium en komt Verstappen door een mislukte pitstopstrategie niet verder dan de vijfde plek. Een big smile bij Ricciardo, een bokkepruik bij Max.

Ik hoorde dat Max stevig aan het vloeken was op de boordradio. Zo gaan die dingen. Succes en falen liggen in deze sport akelig dicht bij elkaar. De duivel zit in de details.

Daniel Ricciardo viert feest op het podium in Monaco

Je debuteerde in 2011, hebt inmiddels vier grands prix gewonnen en nog steeds wordt je naam op drie manieren uitgesproken. Dus zeg het maar: Ricciardo, Riccardo of toch de Italiaanse variant: Rietsie-ardo?

Haha, ik word er dagelijks mee geconfronteerd. Het komt door mijn Italiaanse vader. Ik noem mezelf inmiddels Riccardo. De i is gesneuveld. Ik groeide op in Australië en daar vonden ze die letter maar lastig. Dus laten we het voorlopig maar houden op Riccardo. Als ik ooit voor een Italiaans Formule 1-team ga rijden komt die i vanzelf weer terug: Rietsie-àrdo...

Daniel Ricciardo en Max Verstappen tijdens een handtekeningensessie in Canada

Nergens wordt je naam zo mooi uitgesproken als in Italië. Op het circuit van Monza is het net of de speaker het over een heerlijke spaghettischotel heeft.

Ja, ik vind het ook mooi klinken. Er zit wat meer passie in hè? Maar nu ben ik bang dat je voorbarige conclusies gaat trekken.

Ga je overstappen naar Ferrari als Kimi Räikkönen volgend jaar met pensioen gaat?

Ha, dat bedoel ik dus. Daar kan ik niets over zeggen. Ik heb een contract bij Red Bull, dus het is niet het goede moment. Ik ben nu bezig om met Max en het team het gat naar Ferrari te dichten.

Daniel Ricciardo vermaakt in 2011 het publiek in Zandvoort in een Nascar

Mensen die op 14 augustus 2011 op het circuit van Zandvoort waren, hebben je 'donuts' zien draaien met een Nascar. Kun je je dat nog goed herinneren?

De tijd vliegt, maar dat was een geweldige dag. Ik verzorgde er een demonstratie en heb mooie burnouts gedaan en hopelijk het publiek vermaakt. Ik herinner me nu ineens dat ik Max daar voor het eerst zag. Hij was nog maar een klein kereltje en liep met z'n vader Jos in de pitstraat.

Max was in die tijd nog aan het karten en kwam eigenlijk ook nooit in Zandvoort. En nu is hij al een jaar m'n teamgenoot. Wie had dat gedacht. Geen moment had ik door dat ik toen aan het praten was met mijn toekomstige teamgenoot.

Een ereronde voor Daniel Ricciardo op het circuit van Zandvoort in 2011

De overeenkomst tussen Montréal en Zandvoort is dat het ouderwetse circuits zijn, in alle opzichten. Er ligt historie, er is sfeer, maar de faciliteiten zijn niet je-van-het en de veiligheid is ook een issue. Zie jij de Formule 1 terugkeren in Zandvoort?

Op zich zie ik dat best zitten. Ik hoorde dat Max er onlangs een feestje heeft gevierd met dik 100.000 fans. Het is sowieso tof om een thuisrace te hebben, dus dat gun ik hem van harte. Zandvoort is een erg mooi circuit. Een high-speed-track voor coureurs met ballen.

Ik reed er in 2009 een Formule 3-race en ik weet nog dat het circuit erg krap is. Dat is met de huidige Formule 1-auto's wel een probleempje, maar ik zou dolgraag de Grand Prix van Nederland willen rijden.

Ik zou dolgraag de Grand Prix van Nederland willen rijden.

Daniel Ricciardo

De nieuwe eigenaar van de Formule 1, Liberty, wil graag het aantal grands prix uitbreiden van 20 naar 25. Dat biedt kansen aan circuits als Zandvoort, maar Fernando Alonso zegt dat hij onmiddellijk stopt met Formule 1 als dit gebeurt. Vind jij het ook een overdosis?

Het is veel te veel als we ook al die andere dingen moeten blijven doen, zoals sponsorverplichtingen, persconferenties, interviews en al die sessies met de Nederlandse pers, hahaha. Dus ik zeg ja tegen 25 grands prix als het betekent dat we meer racen en minder randzaken doen. Dan kan het. More racing, less bullshit.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl