Vrijwilligers aan het werk in de keuken van de kindervoedselbank in Gelsenkirchen
NOS NieuwsAangepast

Erfelijke armoede in Duitsland: wie arm wordt geboren, blijft arm

  • Judith van de Hulsbeek

    Correspondent Duitsland

  • Judith van de Hulsbeek

    Correspondent Duitsland

De stapel boterhammen groeit gestaag. Het smeren ervan gaat haast mechanisch: boter, beleg, doorsnijden en inpakken, boter, beleg, doorsnijden en inpakken. Ondertussen wordt er vrolijk gekletst.

Bij de kindervoedselbank in Gelsenkirchen is het om 06.30 uur 's ochtends gezellig druk. Zes vrijwilligers bereiden hier elke schooldag 500 lunchpakketjes, Pausenbrot in het Duits. Voor de kinderen die zonder eten naar school zijn gestuurd.

"Eigenlijk is het een schande dat dit in een rijk land als Duitsland kan gebeuren", zegt bedrijfsleider Peter Szymiczek. "Leraren benaderden ons, omdat steeds meer kinderen zonder ontbijt naar school kwamen. En met een lege maag is het moeilijk concentreren." Tientallen scholen in Gelsenkirchen krijgen elke dag een kratje Pausenbrot afgeleverd.

Monika Heller smeert Pausenbrot

De kindervoedselbank is een van de tientallen initiatieven voor arme gezinnen in Gelsenkirchen. Armoede is er, net als in andere oude industriesteden in het Rurhgebied, een groot probleem.

De werkloosheid is hoog, omdat na het sluiten van de mijnen tienduizenden arbeidsplaatsen verloren gingen. Daar is weinig passend werk voor in de plaats gekomen. En dat merken ook de kinderen, 40 procent groeit op in een bijstandsgezin.

Armoede in Duitsland

Wij hadden thuis één boek: het stratenboek van de ADAC, de Duitse ANWB.

Suat Yilmiz

(Kinder)armoede is een van de grote thema's bij de verkiezingen aankomende zondag. De linkse SPD, nu nog de grootste partij, probeert de verkiezingen te winnen door drie miljard extra te beloven voor kinderen en onderwijs.

Volgens de belangrijkste concurrent, de CDU, hadden ze dat eerder moeten doen. Die kritiek slaat aan bij kiezers. De CDU staat op dit moment een procentpunt voor in de peilingen.

Maar hoe pak je die kinderarmoede aan? De focus ligt op op het verbeteren van kansen voor arme kinderen in het onderwijs. Uit recente studies blijkt dat in Duitsland, meer dan waar dan ook in Europa, je afkomst bepalend is voor waar je uiteindelijk terechtkomt.

Met andere woorden: word je in een arm gezin geboren, dan blijf je vaak ook arm. Kinderen uit arme gezinnen krijgen thuis minder ondersteuning, stromen daardoor moeilijker door naar een hoger niveau, en gaan uiteindelijk veel minder vaak naar de universiteit dan kinderen uit rijkere gezinnen.

Een poster van de Duitse sociaal-democratische partij Die Linke

"Erfelijke armoede", noemt Suat Yilmaz het. Als talentcoach van het Zentrum für Talentförderung in Gelsenkirchen houdt hij zich dagelijks met dit onderwerp bezig. Het centrum geeft beurzen en begeleiding aan kinderen uit arme gezinnen.

"Er wordt veel te veel vanuit gegaan dat ouders kinderen kunnen helpen bij hun huiswerk. Dat ze de interesses van kinderen stimuleren, bijvoorbeeld lezen. Ik weet uit eigen ervaring dat dat niet zo is. Wij hadden thuis één boek: het stratenboek van de ADAC, de Duitse ANWB."

Het ligt deels ook aan de instelling die ze meekrijgen of zelf hebben, zegt Yilmaz. Volgens hem zijn de kinderen die hij begeleidt minder los en onbezorgd dan hun rijkere schoolgenoten. Die gaan bijvoorbeeld een jaar naar Afrika om daar een vrijwilligerscursus te doen, nemen een tussenjaar in Londen, waar ze dan weer handige contacten en taalkennis opdoen.

Yilmaz: "Als je uit een gezin met minder geld komt, vraag je je sneller af wat dat allemaal op gaat brengen. Je horizon wordt zo ook beperkt."

Iedereen verwachtte dat ik ging werken, maar ik had juist plezier in leren.

Vassilios Iossifidis

Een van de talenten die Yilmaz begeleidt, is de 17-jarige Vassilios Iossifidis, zoon van Griekse gastarbeiders. Statistisch gezien is hij geboren met een 1-0 achterstand. Opgegroeid in op een van de armste steden in Duitsland, arme ouders en niet gestudeerd.

Vanaf de derde klas op de middelbare school merkte hij dat hij er harder aan moest trekken dan zijn schoolgenootjes. "Mijn ouders begrepen de lesstof niet meer. En voor bijles hadden we geen geld."

Het was alles behalve vanzelfsprekend dat hij ging studeren. "Absoluut niet. Eigenlijk verwachtte iedereen dat ik na de Realschule (vergelijkbaar met vmbo-t of havo in Nederland) ging werken, maar ik had juist plezier in leren."

Vassilios

Vassilios deed wat niet veel kinderen met een vergelijkbare achtergrond lukt. Hij stroomde van de Realschule door naar het gymnasium. Daar gaat het goed, ook door de hulp van een coach, zegt hij.

"We zien elkaar een keer per maand. Hij geeft me peptalks, vraagt wat er niet goed gaat en of ik hulp nodig heb. Hij regelt bijles als ik het nodig heb, ze bieden taalcursussen aan. Maar ook als een contact zoek voor bijvoorbeeld een stage, helpen ze daarbij."

Als hij zijn diploma op het gymnasium haalt, kan hij naar de universiteit. En dat wil hij sowieso. Wat hij wil studeren, dat weet hij nog niet precies." Sociale wetenschappen, iets met sport, of misschien wil ik wel leraar worden." Als ie er maar op vooruit gaat. "Je moet wel durven dromen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl