Rechter verbiedt tussentijds beroep in zaak treinkaping De Punt

De Nederlandse staat mag niet in hoger beroep tegen een tussentijds vonnis in de zaak van de treinkaping bij De Punt. In februari bepaalde de rechtbank in Den Haag dat de zaak over de Molukse kapers niet is verjaard. De overheid wil dat aanvechten, omdat het gevolgen kan hebben voor veel andere gevallen waarbij door militairen of agenten geweld is gebruikt.

Een hoger beroep als de zaak nog loopt, is ongebruikelijk. De rechtbank in Den Haag vindt de argumenten om in dit geval een uitzondering te maken niet zwaarwegend genoeg, schrijft RTV Noord.

Executie

Negen Molukkers kaapten in 1977 een trein bij het Drentse dorp De Punt. De inzittenden werden bijna drie weken gegijzeld voordat het kabinet mariniers de opdracht gaf om een eind te maken aan de gijzeling. Daarbij kwamen twee gegijzelden en zes kapers om het leven.

De nabestaanden van twee Molukse kapers hebben de Nederlandse staat aansprakelijk gesteld voor hun dood. Ze zouden van dichtbij zijn doodgeschoten, de nabestaanden spreken van een executie.