Museum voor Hennie Kuiper voelt als eerherstel
Hij wordt niet vaak in één adem genoemd met de grootste Nederlandse sporthelden. Na namen als Johan Cruijff, Ard Schenk en Joop Zoetemelk volgt zelden de naam van Hennie Kuiper. Daar moet zijn eigen museum verandering in brengen.
Op het palmares van Kuiper prijken een wereldtitel, een olympische titel, podiumplaatsen in de Tour de France en talloze grote triomfen in wielerklassiekers. Prestaties die niet opgeslagen liggen in het collectieve geheugen.
'Wát een erelijst!'
Oud-premier Dries van Agt, die aanwezig was bij de opening van het Hennie Kuiper Museum zag onlangs een verering van de twee Nederlandse Tourwinnaars, Joop Zoetemelk en Jan Janssen, en miste tussen dat duo toch wel iemand.
"Want wát een erelijst heb jij, Hennie. En als je drie keer bijna de Tour de France wint, telt dat eigenlijk ook als één keer echt de Tour winnen", aldus Van Agt.
In 1972 werd Kuiper in München olympisch kampioen op de weg. Drie jaar later voegde hij daar een wereldtitel aan toe. Verhalen over die triomfen, maar ook die van andere klinkende zeges, zoals die in vier van de vijf wielermonumenten, zijn allemaal te lezen en te zien in het museum.
De locatie? Zijn ouderlijk huis. Een boerderij in het Twentse Noord Deurningen. De fiets waarop hij olympisch goud won, staat in de, inmiddels gerenoveerde, varkensstal. Overigens biedt de boerderij niet alleen plaats aan memorabilia van Kuiper; in de toekomst moeten er ook exposities verschijnen van andere topsportprestaties van Tukkers.
