NOS NieuwsAangepast

Waarom blijven miljoenen mensen weg van de stembus? En wie zijn het?

De uitslag van de verkiezingen woensdag wordt voor een deel bepaald door mensen die niet komen stemmen. Want wie niet meedoet, staat toe dat de stem van een ander zwaarder telt. Van de bijna dertien miljoen kiesgerechtigden blijven er ruim drie miljoen thuis. Wie zijn het en waarom stemmen ze niet?

De opkomst bij Kamerverkiezingen is weliswaar in de loop der jaren gedaald, maar is nog altijd veel hoger dan bij andere verkiezingen. Bij de Kamerverkiezingen in 2012 kwam 74,6 procent stemmen. Een stuk meer dan bij de laatste verkiezingen voor de gemeenten (54 procent), Provinciale staten (47,8 procent) en Europa (37,3 procent).

Opkomstpercentage Nederlandse verkiezingen

Toename en afname opkomst per Nederlandse verkiezing

Vergeleken met andere landen doen we het helemaal niet slecht. Gemiddeld kwam in Europese landen bij de laatste parlementsverkiezingen 69,5 procent van de kiezers opdagen. En dat terwijl in sommige landen een opkomstplicht bestaat.

Opkomst bij verkiezingen in Europa

Opkomst bij laatst gehouden parlementsverkiezingen in Europa

Na de Tweede Kamerverkiezingen in 2012 is uitgebreid kiezersonderzoek gedaan door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Daaruit blijkt dat geslacht geen verschil maakt: de groep niet-stemmers bestaat voor de helft uit vrouwen en voor de helft uit mannen. Leeftijd, inkomen en vooral opleidingsniveau hebben wel invloed.

Van de groep tussen de 25 en 34 jaar komt een derde niet opdagen. Een ander beeld zien we bij mensen tussen de 55 en 64 jaar: van hen blijft maar 17 procent thuis. Het is overigens niet zo dat ouderen per se trouw naar de stembus gaan: 55-plussers blijven in dezelfde mate thuis als jongeren van 18 tot 24 jaar.

Percentage niet-stemmers per leeftijd en opleiding

Percentage niet-stemmers per leeftijdsgroep en opleidingsniveau

Dan het opleidingsniveau. Kort gezegd geldt: hoe lager de opleiding, hoe lager de opkomst. Vier van de tien mensen die alleen de basisschool hebben afgerond, blijven thuis. Bij hooggeschoolden is dat minder dan een op tien. Mensen met een lager inkomen gaan gemiddeld ook minder stemmen dan mensen met een hoger inkomen.

Afkomst speelt ook een rol: een op de vijf thuisblijvers heeft een niet-westerse migrantenachtergrond, terwijl van de totale bevolking dat slechts voor een van de tien Nederlanders geldt.

Niet-stemmers hebben over het algemeen minder vertrouwen in de medemens. Uit het kiezersonderzoek blijkt dat maar 44 procent van de niet-stemmers vertrouwen heeft in de medemens. Onder stemmers ligt dat op 62 procent. Ze hebben ook minder vertrouwen in de Tweede Kamer dan mensen die wel gaan stemmen.

Waarom gaan mensen niet stemmen?

Redenen waarom mensen niet stemmen

Interessant is waarom mensen niet gaan stemmen. Daarvoor kan iemand meerdere redenen hebben. Uit onderzoek van bureau Ipsos bij de Kamerverkiezingen in 2012 blijkt dat 'geen vertrouwen in de landelijke politiek' het meest wordt genoemd.

Maar ook "geen interesse" en "ik weet niet op welke partij ik moet stemmen" worden vaak als reden opgevoerd. Acht procent gaat uit principe niet stemmen en soms worden redenen genoemd als 'ik had geen tijd' en 'ik was verhinderd'.

In deze kaart kun je kijken hoe hoog de opkomst in 2012 in jouw gemeente was:

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl