Koenders: haast maken met bewijzenbank Syrië
Minister Koenders wil dat er haast gemaakt wordt met de oprichting van een bewijzenbank voor de burgeroorlog Syrië. Op een conferentie in Den Haag riep hij andere landen op het project financieel te steunen.
"We moeten nu doorpakken", meent de minister. "Deze situatie motiveert ons om, ook als het conflict nog gaande is, straffeloosheid in Syrië aan te pakken. Als de bewijzenbank goed werkt, kan dit de uiteindelijke vervolging bespoedigen."
De VN besloot eind vorig jaar om een databank aan te leggen over de gruweldaden in Syrië. Dat moet voorkomen dat bewijsmateriaal verspreid raakt op verschillende plekken. Bovendien kunnen specialisten vast toetsen of het materiaal bruikbaar is tijdens een rechtszaak.
"We hebben mensen gezien die allemaal documenten op hun lichaam hebben geplakt met instructies om 28.000 mensen om te brengen. Of mensen die met gevaar voor eigen leven computerbestanden het land uit smokkelen. Dat moet worden gecheckt en gedubbelcheckt."
Veto
Vandaag komen in Den Haag 200 experts bijeen om te praten over de oprichting van de bewijzenbank, die valt onder de Hoge Commissaris van de Mensenrechten van de VN. Nederland heeft al een bijdrage van 1 miljoen euro beloofd, maar voor het eerste jaar is 13 miljoen nodig. "Dat is peanuts vergeleken met wat de oorlog kost", stelt Koenders.
De databank verzamelt informatie over alle strijdende partijen in Syrië, waaronder het regeringsleger van president Assad, de oppositie en Islamitische Staat. Het Internationaal Strafhof doet nog geen onderzoek naar het conflict, omdat Rusland dat met een veto in de VN-Veiligheidsraad kan tegenhouden.
"We leven in een cynische wereld, en ik ben niet naïef", zegt Koenders over de kans dat het materiaal ooit gebruikt gaat worden voor een rechtszaak. "Maar toch komen mensen uiteindelijk voor de rechter. Joegoslavië, Rwanda, Sierra Leone. De straffeloosheid kan niet doorgaan."