Alles wordt anders bij Paleis Het Loo, behalve het aanzicht
Karin Alberts
Verslaggever Koninklijk Huis
Karin Alberts
Verslaggever Koninklijk Huis
Nadat het ruim dertig jaar als museum heeft gefunctioneerd, is Paleis Het Loo in Apeldoorn toe aan groot onderhoud. Er moet 4300 vierkante meter asbest worden verwijderd, ventilatiesystemen zijn aan vervanging toe en ook het hout- en schilderwerk kunnen een opknapbeurt gebruiken. De directie van het paleis grijpt de renovatie aan om ook meer expositieruimte te bouwen. Vandaag werden de ontwerpen gepresenteerd.
Het Rotterdamse bureau KAAN Architecten versloeg in de aanbesteding zo'n dertig andere kandidaten. Het bureau ontwierp een expositieruimte van 5000 vierkante meter onder het plein voor het paleis. Aan het uiterlijk van het paleis verandert niets. De belangrijkste voorwaarde voor het ontwerp was dat de nieuwe ruimte het zicht op paleis en tuinen niet verstoort.
Toegang
"Het allermoeilijkste aan ondergronds bouwen is de vraag hoe je in de ruimte komt", zegt architect Dikkie Scipio. "Voor je het weet heb je een grote stellage op je plein, pal voor je paleis, voor de trappen en liften die je nodig hebt. Wij hebben ervoor gekozen om die weg te werken in de hoekpaviljoens van de vleugels die aan beide zijden van het plein staan."
Het plein blijft dus open. Toch verandert daar wel iets. Waar nu nog vier stukken gazon liggen, komen vier glazen vlakken waarover water stroomt. In het midden van de glazen vlakken komt een fontein. Dankzij die constructie krijgen de ondergrondse zalen daglicht. En als de zon schijnt, zorgen water en zon voor een extra schouwspel op de vloeren van de tentoonstellingsruimten.
We willen meer laten zien van de geschiedenis van ons koningshuis, van Willem van Oranje tot Willem-Alexander.
Paleis Het Loo telt op dit moment veertig historisch ingerichte vertrekken. Zeven van die vertrekken worden aangepast. De werkkamer van koningin Wilhelmina wordt weer op zijn oorspronkelijke plek ingericht, evenals de Bernhardkamer.
Verder wil paleisdirecteur Michel van Maarsseveen een speciale ruimte voor kinderactiviteiten. Daartoe wordt een 'Juniorpaleis' in de westvleugel gebouwd. De oostvleugel gaat Huis van Oranje heten. "We willen meer laten zien van de geschiedenis van ons koningshuis. Dus van Willem van Oranje tot Willem-Alexander", zegt Van Maarsseveen daarover. In het depot staan zo'n 140.000 voorwerpen, vooral uit de 19e en 20e eeuw.
Ruim 100 miljoen
De totale verbouwing kost naar verwachting ruim 123 miljoen euro. Van dat bedrag is 90 procent gedekt middels een onderhoudsbijdrage van het ministerie van Cultuur en een lening. De laatste 10 procent denkt Van Maarsseveen via fondsenwerving binnen te krijgen.
De kans dat het budget overschreden wordt, acht hij klein. "We hebben een jarenlange voorbereiding achter de rug met een professioneel team dat alles goed in kaart heeft gebracht en we hebben twee kostencalculators ingehuurd die elkaar ook nog controleren. Het projectbureau waar we mee werken, heeft de verbouwing van de Hermitage en het Mauritshuis gedaan. En daarmee hebben we het vertrouwen dat we het binnen de kaders van geld en tijd tot een goed einde zullen brengen."
Het paleisgebouw sluit begin januari 2018 de deuren en zal medio 2021 weer openen. In de tussentijd blijven tuinen en stallen wel open voor het publiek.