Peilingwijzer: tweestrijd blijft uit, veld dikt wat in
Sinds 2003 liepen de verkiezingen telkens uit op een tweestrijd, waarbij de twee grootste partijen dankzij de strategische kiezers de andere partijen leeg aten. In 2003 en 2006 ging het tussen Balkenende (CDA) en Bos (PvdA), in 2010 tussen Rutte (VVD) en Cohen (PvdA) en in 2012 tussen Rutte en Samsom (PvdA). Ditmaal was rekening gehouden met een tweestrijd tussen Rutte en Wilders. Die kan er nog steeds komen, maar anderhalve week voor de verkiezingen tekent hij zich nog altijd niet af.
In de peilingen is het verschil tussen deze twee partijen en de achtervolgers dit jaar niet gegroeid, maar juist iets kleiner geworden. Het veld dikt wat in, al benadrukt Tom Louwerse, de maker van de Peilingwijzer, dat deze trend niet al te sterk is. "In elk geval is de tweestrijd er nog niet gekomen en is de fragmentatie eerder toe- dan afgenomen."
In de Peilingwijzer staat de VVD nu op 23-27 zetels, de PVV op 22-26, D66 op 17-20 en het CDA op 17-19. GroenLinks blijft inmiddels weer wat achter met 15-17 zetels. Daarna volgen de SP met 13-15 zetels en de PvdA met 12-14 zetels. Nooit eerder stonden zoveel partijen vlak voor de verkiezingen zo dicht bij elkaar en nooit eerder hadden de grootste partijen zo weinig zetels.
Na de eerste zeven partijen volgen de ChristenUnie (5-7) en 50Plus (4-6), dat naar het niveau van de Partij voor de Dieren (eveneens 4-6) is afgezakt. Daarna volgen de SGP (3-5), Denk en FvD (0-2) en VNL (0-1).
Eind vorig jaar was de PVV met afstand de grootste partij in de Peilingwijzer, met zo’n 6 à 8 zetels voorsprong op de VVD. Sindsdien laat de partij van Wilders een gestage teruggang zien, terwijl de VVD stabiel is gebleven. Het CDA, D66 en GroenLinks laten daarachter een voorzichtig stijgende trend zien.
Uit onderzoek van onder meer I&O Research blijkt dat die ontwikkeling te maken heeft met de strategie van de VVD om de PVV uit te sluiten als regeringspartner en tegelijk te benadrukken dat mensen ‘normaal moeten doen’ en anders beter kunnen vertrekken. Potentiële PVV-kiezers zouden niet op de PVV willen stemmen als Wilders toch niet in de regering komt. Tegelijk lopen VVD-kiezers over naar onder meer het CDA en D66 omdat ze vinden dat de VVD in toon en inhoud te dicht bij de PVV komt.
Minder, minder
De PVV verliest ook omdat de factoren die Wilders eind vorig jaar op winst zetten, voor een belangrijk deel zijn uitgewerkt. Wilders’ stijging in de peilingen werd destijds toegeschreven aan de veroordeling wegens zijn 'minder, minder'- uitspraak en aan de Zwarte Pietendiscussie, die toen hoog opliep.
Mogelijk stagneert verder de aanhang van de VVD ook doordat de PVV terugvalt. Toen de PVV nog de grootste in de peilingen was, overwogen veel mensen om Rutte te stemmen om te voorkomen dat Wilders de meeste zetels zou halen. Op 11 februari meldde de Volkskrant op basis van eigen onderzoek dat zelfs GroenLinks-kiezers zouden overwegen op Rutte te stemmen om Wilders tegen te houden. Van dat effect is sindsdien weinig meer vernomen.
PvdA
Opmerkelijk blijft ten slotte dat de PvdA nog altijd niet uit het dal kruipt. De PvdA was bij alle naoorlogse verkiezingen in de race om de grootste partij te worden en werd altijd minstens tweede, behalve in 2002, toen de partij met 23 zetels zijn slechtste resultaat toe nu toe bereikte. Zelfs die score lijkt nu nog ver weg.