Koning bezoekt Buchenwald, 'de oorlog raakt hem echt'
Karin Alberts
Verslaggever Koninklijk Huis
Koning Willem-Alexander en koningin Máxima bezoeken vanochtend de Oude Synagoge in Erfurt, die met een ouderdom van meer dan 900 jaar het oudste nog bestaande joodse gebedshuis in Europa is. Daarna gaan ze naar het voormalige concentratiekamp Buchenwald. Naar schatting 3300 Nederlanders zaten er gevangen, onder wie de latere premier Willem Drees. Ruim 500 van hen kwamen om.
Willem-Alexander kreeg als kroonprins een brede opvoeding. Hij moet immers over alles mee kunnen praten. Maar zodra het over de Tweede Wereldoorlog gaat, is zichtbaar dat het hem persoonlijk raakt. Zo heeft hij net als zijn grootvader Bernhard had, belangstelling voor oud-strijders uit de oorlog.
Willem-Alexanders interesse voor de Tweede Wereldoorlog is ook ontstaan door de verhalen van zijn vader, prins Claus, die als jongeman moest dienen in de Wehrmacht. Claus liet zijn zonen zelf kennismaken met de rol van de Duitsers in de geschiedenis. Zo ging hij in 1995 met zijn drie zonen naar het vernietigingskamp Auschwitz in Polen, buiten het zicht van de camera's.
Claus wilde het beeldend maken, zijn zoons hadden kennis uit boekjes.
Ook Marjoleine Oppenheim, wier moeder het kamp overleefde, was bij dat bezoek, samen met haar stiefvader Loe de Jong, schrijver van het standaardwerk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog. Volgens haar had Claus een enorm schuldgevoel.
"Ik denk dat Claus zijn zoons duidelijk wilde maken waar zijn niet uit te leggen schuldgevoel vandaan kwam. Als je er rondwandelt en iemand vertelt wat ze heeft meegemaakt, kruipt dat kamp in je - bijna fysiek. Claus wilde het beeldend maken, zijn zoons hadden kennis uit boekjes en hij wilde hun het gevoel geven dat daarbij hoort, die beklemming", zei ze eerder in een interview met de Volkskrant.
Bloemen
De koning en de koningin zullen tijdens hun bezoek aan concentratiekamp Buchenwald bloemen leggen bij de gedenkplaats ter nagedachtenis aan alle slachtoffers.