Na veertien jaar weer te zien: de gestolen Van Goghs

De twee gestolen schilderijen van Vincent van Gogh, die vorig jaar opdoken in Italië, zijn weer officieel in het bezit van het Van Gogh Museum. Directeur Axel Rüger nam de werken vandaag in ontvangst in het Museo di Capodimonte in Napels.

Hij noemt de terugkeer van de verloren gewaande werken "een wonder". In het bijzijn van een groot aantal vertegenwoordigers van de Nederlandse en Italiaanse autoriteiten werden de twee Van Goghs vanmiddag onthuld.

Voor Rüger was het niet de eerste keer dat hij de werken in het echt zag. "Dat was al in september vorig jaar, toen de werken waren gevonden. Maar voor die tijd had ik ze nog nooit gezien; ze werden gestolen voordat ik bij het museum kwam werken", zegt hij in het NOS Radio 1 Journaal.

Verbijstering

De schilderijen Zeegezicht bij Scheveningen uit 1882 en Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen uit 1884/1885 verdwenen in 2002 uit het Van Gogh Museum. De dieven klommen op het dak van het museum en sloegen vervolgens een raam in. Daar haalden ze de twee schilderijen van de muur.

De roof zou in een mum van tijd hebben plaatsgevonden. De verbijstering over hoe de diefstal had kunnen gebeuren, was groot. Voor de kunstroof werden uiteindelijk twee mensen veroordeeld, maar de werken bleven tot vorig jaar spoorloos.

De Italiaanse politie vond ze tijdens een inval in Napels. De kunstwerken waren in het bezit van een maffiaclan, die onderdeel uitmaakt van de Camorra. Die had de doeken verstopt in een huis bij Pompeï.

Rüger neemt de werken niet direct mee naar Nederland. Ze zijn eerst nog drie weken te zien in het Museo di Capodimonte in Napels. "Wij vonden het passend om de schilderijen ook te laten zien aan de Italiaanse bevolking en in het bijzonder de Napolitanen. Het is in zekere zin een dankbetuiging aan de Italiaanse autoriteiten."

Vanaf 21 maart zijn de werken te bezichtigen in het Van Gogh Museum. "Dan gaan we met een groot feest de thuiskomst van de kunstwerken vieren. Ze komen eerst op een speciale plek in het museum te hangen en later worden ze opgenomen in onze permanente collectie."